Verkleuren (to discolour) conjugation

Dutch
7 examples

Conjugation of verkleuren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
verkleur
I discolour
verkleurt
you discolour
verkleurt
he/she/it discolours
verkleuren
we discolour
verkleuren
you all discolour
verkleuren
they discolour
Present perfect tense
ben verkleurd
I have discoloured
bent verkleurd
you have discoloured
is verkleurd
he/she/it has discoloured
zijn verkleurd
we have discoloured
zijn verkleurd
you all have discoloured
zijn verkleurd
they have discoloured
Past tense
verkleurde
I discoloured
verkleurde
you discoloured
verkleurde
he/she/it discoloured
verkleurden
we discoloured
verkleurden
you all discoloured
verkleurden
they discoloured
Future tense
zal verkleuren
I will discolour
zult verkleuren
you will discolour
zal verkleuren
he/she/it will discolour
zullen verkleuren
we will discolour
zullen verkleuren
you all will discolour
zullen verkleuren
they will discolour
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou verkleuren
I would discolour
zou verkleuren
you would discolour
zou verkleuren
he/she/it would discolour
zouden verkleuren
we would discolour
zouden verkleuren
you all would discolour
zouden verkleuren
they would discolour
Subjunctive mood
verkleure
I discolour
verkleure
you discolour
verkleure
he/she/it discolour
verkleure
we discolour
verkleure
you all discolour
verkleure
they discolour
Past perfect tense
was verkleurd
I had discoloured
was verkleurd
you had discoloured
was verkleurd
he/she/it had discoloured
waren verkleurd
we had discoloured
waren verkleurd
you all had discoloured
waren verkleurd
they had discoloured
Future perf.
zal verkleurd zijn
I will have discoloured
zal verkleurd zijn
you will have discoloured
zal verkleurd zijn
he/she/it will have discoloured
zullen verkleurd zijn
we will have discoloured
zullen verkleurd zijn
you all will have discoloured
zullen verkleurd zijn
they will have discoloured
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou verkleurd zijn
I would have discoloured
zou verkleurd zijn
you would have discoloured
zou verkleurd zijn
he/she/it would have discoloured
zouden verkleurd zijn
we would have discoloured
zouden verkleurd zijn
you all would have discoloured
zouden verkleurd zijn
they would have discoloured
Du
Ihr
Imperative mood
verkleur
discolour
verkleurt
discolour

Examples of verkleuren

Example in DutchTranslation in English
- Haar gezicht was zwart en verkleurd.Her face was black and discoloured. SICKENED MURMURS
De vrouw lijkt verdronken, maar haar gezicht is opgezet, verkleurd en zwart.'Preliminary findings suggest death by drowning.' 'But face congested, discoloured and black.'
Gezicht opgezwollen, verkleurd en zwart.'Face congested, discoloured and black.'
Het is dat of lepra. Haar ogen waren verkleurd.Her eyes were discoloured.
Het tandvlees is verkleurd.The gums are discoloured.
De grootte van het tapijt pas perfect bij deze verkleurde plaats.You see, the size of the rug perfectly matches this discoloured patch.
Het verkleurde deel haar.My hair, look this discoloured part.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

verkleinen
reduce
verkletsen
do
verkleumen
benumb
versleuren
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'discolour':

None found.
Learning languages?