Splitsen (to split) conjugation

Dutch
30 examples

Conjugation of splitsen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
splits
I split
splitst
you split
splitst
he/she/it splits
splitsen
we split
splitsen
you all split
splitsen
they split
Present perfect tense
heb gesplitst
I have split
hebt gesplitst
you have split
heeft gesplitst
he/she/it has split
hebben gesplitst
we have split
hebben gesplitst
you all have split
hebben gesplitst
they have split
Past tense
splitste
I split
splitste
you split
splitste
he/she/it split
splitsten
we split
splitsten
you all split
splitsten
they split
Future tense
zal splitsen
I will split
zult splitsen
you will split
zal splitsen
he/she/it will split
zullen splitsen
we will split
zullen splitsen
you all will split
zullen splitsen
they will split
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou splitsen
I would split
zou splitsen
you would split
zou splitsen
he/she/it would split
zouden splitsen
we would split
zouden splitsen
you all would split
zouden splitsen
they would split
Subjunctive mood
splitse
I split
splitse
you split
splitse
he/she/it split
splitse
we split
splitse
you all split
splitse
they split
Past perfect tense
had gesplitst
I had split
had gesplitst
you had split
had gesplitst
he/she/it had split
hadden gesplitst
we had split
hadden gesplitst
you all had split
hadden gesplitst
they had split
Future perf.
zal gesplitst hebben
I will have split
zal gesplitst hebben
you will have split
zal gesplitst hebben
he/she/it will have split
zullen gesplitst hebben
we will have split
zullen gesplitst hebben
you all will have split
zullen gesplitst hebben
they will have split
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gesplitst hebben
I would have split
zou gesplitst hebben
you would have split
zou gesplitst hebben
he/she/it would have split
zouden gesplitst hebben
we would have split
zouden gesplitst hebben
you all would have split
zouden gesplitst hebben
they would have split
Du
Ihr
Imperative mood
splits
split
splitst
split

Examples of splitsen

Example in DutchTranslation in English
'Ik zal het imperium van m'n vader splitsen.'"I will split up my father's empire."
- Die moet je splitsen.- You split those!
- Hij schreeuwde naar me om niet te splitsen.He yells out to me not to split up.
- Ik zei dat je ze altijd moest splitsen.- I said always split the aces!
- Je hebt gelijk, daarom splitsen we ook op.You're right. So we're gonna split up. No.
$500.000 als ik het splits.$500,000 if I split it.
- Ik splits de club.I'm splittin' the club.
-lk splits m'n gezin niet op.I'm not splitting up my family
Als we weten wie de fles gaf... dan hebben we de moordenaar. Dus splits op en zoek een Elvis.We find out who gave the Vic that bottle, we find our killer-- so let's all split up and find an Elvis.
Daarmee splits je een persoon en diens karakter op.It splits one person into half, distilling personality traits into two separate bodies.
- Alsof je een vorkbeen splitst.Thomas: Like splitting a wishbone.
- Dit is het moment dat de tijd zich splitst.- This is... when time splits.
- Ja, het signaal splitst zich.- Yes. The signal's splitting.
- Niemand splitst een paar tienen.Nobody splits a pair of tens.
Als België splitst, makker, is dat nog maar de helft.If Belgium splits in two, it's only half of that.
'Om er zeker van te zijn dat niemand ooit weer deze kracht zou hanteren,' 'werd de triangel in twee delen gesplitst en verborgen... op tegenoverliggende uiteinden van de wereld.'To be sure no man would ever again wield this power, the triangle was split into two pieces and hid them at opposite ends of the earth.
- Hij heeft ook onze middelen gesplitst.He didn't just split our city, he split our resources.
- Jawel. Je wou vragen of ik zou willen dat jij in tweeën was gesplitst.You wanted to know if I wished you got hit by the ferula-gemina, got split in two.
- Ze zijn gesplitst.- It split. It's too late.
-Nee, we zijn gesplitst.We split up a while back. Mm.
- Er is een reden waarom Bunyan je liet gaan en een deel van je vrienden als een perzik in twee splitste.- There was a reason why bunyan saved you and split some of your friends like two halves of a peach.
- Hij splitste Kroll van zichzelf af.- He split off Kroll.
- Misschien, meneer, maar toen gingen we naar Gerrard Street, de weg splitste terug.But then, when we went as far as Gerrard Street, the path split again.
Bij het eenentwintigen splitste ik een paar tienen...Then at the blackjack table, I was splitting a pair of tens...
De morele tegenstelling splitste zijn hersens in tweeën, om zijn vader in leven te houden.His brain couldn't handle the moral contradiction, so it split into 2 personalities in order to keep his father alive.
- Toen ik Nick dumpte, wou hij dat we onze favoriete plaatsen splitsten zodat we elkaar niet zouden tegenkomen en hij stond erop dat hij Big Dom's kreeg.- When I broke up with Nick, he wanted us to split up our favorite places so we wouldn't bump into each other, and he insisted on getting Big Dom's.
Die banaanvogels splitsten ons bijna op.That bunch of bananostriches nearly split us.
Die splitsten zich zo'n zes jaar terug van uw bedrijf af.It's a corporation that split from your company six years ago.
Ja, Rico en Luis splitsten zich na een maand, man.Yeah, Rico and Luis split after a month, man.
Maar de ouderen vreesden de kracht en splitsten het in zes delen.But the elders, they feared its power, so they split the one into 6.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

spietsen
impale
splijten
split
splitten
do
spritsen
do

Similar but longer

afsplitsen
do
opsplitsen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'split':

None found.
Learning languages?