Schoffelen (to weed) conjugation

Dutch
6 examples

Conjugation of schoffelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
schoffel
I weed
schoffelt
you weed
schoffelt
he/she/it weeds
schoffelen
we weed
schoffelen
you all weed
schoffelen
they weed
Present perfect tense
heb geschoffeld
I have weeded
hebt geschoffeld
you have weeded
heeft geschoffeld
he/she/it has weeded
hebben geschoffeld
we have weeded
hebben geschoffeld
you all have weeded
hebben geschoffeld
they have weeded
Past tense
schoffelde
I weeded
schoffelde
you weeded
schoffelde
he/she/it weeded
schoffelden
we weeded
schoffelden
you all weeded
schoffelden
they weeded
Future tense
zal schoffelen
I will weed
zult schoffelen
you will weed
zal schoffelen
he/she/it will weed
zullen schoffelen
we will weed
zullen schoffelen
you all will weed
zullen schoffelen
they will weed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou schoffelen
I would weed
zou schoffelen
you would weed
zou schoffelen
he/she/it would weed
zouden schoffelen
we would weed
zouden schoffelen
you all would weed
zouden schoffelen
they would weed
Subjunctive mood
schoffele
I weed
schoffele
you weed
schoffele
he/she/it weed
schoffele
we weed
schoffele
you all weed
schoffele
they weed
Past perfect tense
had geschoffeld
I had weeded
had geschoffeld
you had weeded
had geschoffeld
he/she/it had weeded
hadden geschoffeld
we had weeded
hadden geschoffeld
you all had weeded
hadden geschoffeld
they had weeded
Future perf.
zal geschoffeld hebben
I will have weeded
zal geschoffeld hebben
you will have weeded
zal geschoffeld hebben
he/she/it will have weeded
zullen geschoffeld hebben
we will have weeded
zullen geschoffeld hebben
you all will have weeded
zullen geschoffeld hebben
they will have weeded
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geschoffeld hebben
I would have weeded
zou geschoffeld hebben
you would have weeded
zou geschoffeld hebben
he/she/it would have weeded
zouden geschoffeld hebben
we would have weeded
zouden geschoffeld hebben
you all would have weeded
zouden geschoffeld hebben
they would have weeded
Du
Ihr
Imperative mood
schoffel
weed
schoffelt
weed

Examples of schoffelen

Example in DutchTranslation in English
"... te schoffelen tegen het onkruid en kruim... "'... and hoe the weeds and trim... '
Die albasten handen van jou zijn hierbij aangenomen om de struiken te schoffelen.Those alabaster hands of yours are hereby engaged to weed the wild gooseberry bushes
Een beetje water geven, een beetje schoffelen, en veel liefde en zorgzaamheid.A little watering, a little weeding, and plenty of tender love and care.
Jij hebt hier lekker airco... en ik kan schoffelen en wegen repareren.You just sit here in your air-conditioned store... while I cut weeds and fill potholes.
Ik heb gevochten voor voedsel en geld geschoffeld en katoen geplukt.I've weeded and hoed and picked cotton until I can't stand it another minute.
Ik groef... en knipte... en zaagde... en schoffelde.I dug... and cut... and sawed... and weeded...

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

schaffelen
purchase stacking
schofferen
weed
schommelen
do
schrafelen
do
schuifelen
shuffle

Similar but longer

afschoffelen
do

Random

schaken
shift
schenken
give
schermen
shave
schiften
divide
schijfschieten
target shooting
schijnen
target shooting
schoeien
shoe
schofferen
weed
scholen
school
schouwen
inspect

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'weed':

None found.
Learning languages?