Parelen (to bead) conjugation

Dutch
8 examples

Conjugation of parelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
parel
I bead
parelt
you bead
parelt
he/she/it beads
parelen
we bead
parelen
you all bead
parelen
they bead
Present perfect tense
heb gepareld
I have beaded
hebt gepareld
you have beaded
heeft gepareld
he/she/it has beaded
hebben gepareld
we have beaded
hebben gepareld
you all have beaded
hebben gepareld
they have beaded
Past tense
parelde
I beaded
parelde
you beaded
parelde
he/she/it beaded
parelden
we beaded
parelden
you all beaded
parelden
they beaded
Future tense
zal parelen
I will bead
zult parelen
you will bead
zal parelen
he/she/it will bead
zullen parelen
we will bead
zullen parelen
you all will bead
zullen parelen
they will bead
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou parelen
I would bead
zou parelen
you would bead
zou parelen
he/she/it would bead
zouden parelen
we would bead
zouden parelen
you all would bead
zouden parelen
they would bead
Subjunctive mood
parele
I bead
parele
you bead
parele
he/she/it bead
parele
we bead
parele
you all bead
parele
they bead
Past perfect tense
had gepareld
I had beaded
had gepareld
you had beaded
had gepareld
he/she/it had beaded
hadden gepareld
we had beaded
hadden gepareld
you all had beaded
hadden gepareld
they had beaded
Future perf.
zal gepareld hebben
I will have beaded
zal gepareld hebben
you will have beaded
zal gepareld hebben
he/she/it will have beaded
zullen gepareld hebben
we will have beaded
zullen gepareld hebben
you all will have beaded
zullen gepareld hebben
they will have beaded
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gepareld hebben
I would have beaded
zou gepareld hebben
you would have beaded
zou gepareld hebben
he/she/it would have beaded
zouden gepareld hebben
we would have beaded
zouden gepareld hebben
you all would have beaded
zouden gepareld hebben
they would have beaded
Du
Ihr
Imperative mood
parel
bead
parelt
bead

Examples of parelen

Example in DutchTranslation in English
Ik wil de zweetdruppeltjes op je voorhoofd zien parelen.Tell, and give up counting the beads of sweat forming on your forehead because you've ruined your mother's life?
De kleine witte parel dat je in je haar draagt.-The little bead in your hair.
De witte parel.The white bead.
Een lange lens kan een parel zweet zien van ongeveer 100 meter.And a long lens that'll pick up a bead of sweat From, like, a hundred yards.
Hij is creme-kleurig, satijnen gloed... Met een parel-, kralen en juweel- ingelegde top, allemaal handgemaakt.It's a cream, peau de soir, silk satin gown... with a seed-pearl-, bead-, and jewel- encrusted bodice, all hand-embroidered.
Het water parelt.The water's beading.
Kijk eens hoe mooi dat parelt.Oh, look at that bead.
Haar blik werd wazig en op haar voorhoofd parelden zweetdruppeltjes.Her vision was blurred and on her forehead beaded sweat.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

pareren
turn away
pegelen
do
pekelen
pickle
popelen
do
potelen
do
strelen
stroke

Similar but longer

beparelen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'bead':

None found.
Learning languages?