Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Opscheppen (to serve) conjugation

Dutch
7 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
schep op
schept op
schept op
scheppen op
scheppen op
scheppen op
Present perfect tense
heb opgeschept
hebt opgeschept
heeft opgeschept
hebben opgeschept
hebben opgeschept
hebben opgeschept
Past tense
schepte op
schepte op
schepte op
schepten op
schepten op
schepten op
Future tense
zal opscheppen
zult opscheppen
zal opscheppen
zullen opscheppen
zullen opscheppen
zullen opscheppen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou opscheppen
zou opscheppen
zou opscheppen
zouden opscheppen
zouden opscheppen
zouden opscheppen
Subjunctive mood
scheppe op
scheppe op
scheppe op
scheppe op
scheppe op
scheppe op
Past perfect tense
had opgeschept
had opgeschept
had opgeschept
hadden opgeschept
hadden opgeschept
hadden opgeschept
Future perf.
zal opgeschept hebben
zal opgeschept hebben
zal opgeschept hebben
zullen opgeschept hebben
zullen opgeschept hebben
zullen opgeschept hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou opgeschept hebben
zou opgeschept hebben
zou opgeschept hebben
zouden opgeschept hebben
zouden opgeschept hebben
zouden opgeschept hebben
Present bijzin tense
opschep
opschept
opschept
opscheppen
opscheppen
opscheppen
Past bijzin tense
opschepte
opschepte
opschepte
opschepten
opschepten
opschepten
Future bijzin tense
zal opscheppen
zult opscheppen
zal opscheppen
zullen opscheppen
zullen opscheppen
zullen opscheppen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou opscheppen
zou opscheppen
zou opscheppen
zouden opscheppen
zouden opscheppen
zouden opscheppen
Subjunctive bijzin mood
opscheppe
opscheppe
opscheppe
opscheppe
opscheppe
opscheppe
Du
Ihr
Imperative mood
schep op
schept op

Examples of opscheppen

Example in DutchTranslation in English
Aan de kant, ik nu opscheppen.Move. I serve sloppy joe now.
Bedank de koks als ze je eten opscheppen.Thank the cooks when they serve you the meal.
Ga nu maar opscheppen.All right, serve it up!
Ik ga eten opscheppen voor daklozen.I think I'm going to a homeless shelter, serve food.
- Hij schept op. Dat verdien je.Because you deserve it.
Tijd voor de soep. Jij schept op, ik dien op.You ladle, I'll serve.
En als ik niet constant opschep over jouw kwaliteiten... is dat omdat ik niet altijd wil herinnerd worden... aan het feit dat ik jou niet verdien.So if I don't constantly brag about how great you are, it's only because I don't wanna be reminded of how much I don't deserve you.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afscheppen
do
inscheppen
do
opschenken
brew
opscherpen
do
opschoppen
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

opkomen
stand up
opmerken
observe
oppeuzelen
crimp
oppoetsen
furbish
opproppen
do
oprispen
burp
opruien
incite
opschepen
inflict
opscheren
do
opsmukken
dress up

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'serve':

None found.