Cooljugator Logo Get a Language Tutor

opdonderen

to get lost

Need help with opdonderen or Dutch? Practice with a Language tutor for personalized feedback. Find a tutor →
Wanna learn by yourself instead? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of opdonderen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
donder op
I get lost
dondert op
you get lost
dondert op
he/she/it gets lost
donderen op
we get lost
donderen op
you all get lost
donderen op
they get lost
Present perfect tense
heb opgedonderd
I have got lost
hebt opgedonderd
you have got lost
heeft opgedonderd
he/she/it has got lost
hebben opgedonderd
we have got lost
hebben opgedonderd
you all have got lost
hebben opgedonderd
they have got lost
Past tense
donderde op
I got lost
donderde op
you got lost
donderde op
he/she/it got lost
donderden op
we got lost
donderden op
you all got lost
donderden op
they got lost
Future tense
zal opdonderen
I will get lost
zult opdonderen
you will get lost
zal opdonderen
he/she/it will get lost
zullen opdonderen
we will get lost
zullen opdonderen
you all will get lost
zullen opdonderen
they will get lost
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou opdonderen
I would get lost
zou opdonderen
you would get lost
zou opdonderen
he/she/it would get lost
zouden opdonderen
we would get lost
zouden opdonderen
you all would get lost
zouden opdonderen
they would get lost
Subjunctive mood
dondere op
I get lost
dondere op
you get lost
dondere op
he/she/it get lost
dondere op
we get lost
dondere op
you all get lost
dondere op
they get lost
Past perfect tense
had opgedonderd
I had got lost
had opgedonderd
you had got lost
had opgedonderd
he/she/it had got lost
hadden opgedonderd
we had got lost
hadden opgedonderd
you all had got lost
hadden opgedonderd
they had got lost
Future perf.
zal opgedonderd hebben
I will have got lost
zal opgedonderd hebben
you will have got lost
zal opgedonderd hebben
he/she/it will have got lost
zullen opgedonderd hebben
we will have got lost
zullen opgedonderd hebben
you all will have got lost
zullen opgedonderd hebben
they will have got lost
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou opgedonderd hebben
I would have got lost
zou opgedonderd hebben
you would have got lost
zou opgedonderd hebben
he/she/it would have got lost
zouden opgedonderd hebben
we would have got lost
zouden opgedonderd hebben
you all would have got lost
zouden opgedonderd hebben
they would have got lost
Present bijzin tense
opdonder
I get lost
opdondert
you get lost
opdondert
he/she/it gets lost
opdonderen
we get lost
opdonderen
you all get lost
opdonderen
they get lost
Past bijzin tense
opdonderde
I got lost
opdonderde
you got lost
opdonderde
he/she/it got lost
opdonderden
we got lost
opdonderden
you all got lost
opdonderden
they got lost
Future bijzin tense
zal opdonderen
I will get lost
zult opdonderen
you will get lost
zal opdonderen
he/she/it will get lost
zullen opdonderen
we will get lost
zullen opdonderen
you all will get lost
zullen opdonderen
they will get lost
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou opdonderen
I would get lost
zou opdonderen
you would get lost
zou opdonderen
he/she/it would get lost
zouden opdonderen
we would get lost
zouden opdonderen
you all would get lost
zouden opdonderen
they would get lost
Subjunctive bijzin mood
opdondere
I get lost
opdondere
you get lost
opdondere
he/she/it get lost
opdondere
we get lost
opdondere
you all get lost
opdondere
they get lost
Du
Ihr
Imperative mood
donder op
get lost
dondert op
get lost
Practice these conjugations with a Language tutor!

If you have questions about the conjugation of opdonderen or Dutch in general, you can practice and get feedback from a professional tutor.

Examples of opdonderen

En nou opdonderen.

Now get lost.

En opdonderen. -20?

- Here, get lost.

Je kunt opdonderen.

You can get lost.

Nu opdonderen!

Now get lost!

Ze zei dat ik moest opdonderen...

She told me to get lost ...

- Ja, donder op.

- Yeah, get lost.

- Nee, donder op.

No, just get lost, ok?

Ach, donder op.

Oh, get lost. No, no.

Ga het verkopen of donder op!

Get out there and sell the chicken, or get lost!

Gedraag je of donder op.

Now either behave or get lost.

Ze zegt dat je naar binnen moet gaan. Ze wil dat je opdondert.

She told you to get lost!

Further details about this page

LOCATION