En door mijn lispelen... | And my lisp... |
En nu begin ik te lispelen. | And now I have a lisp. |
Het lispelen van twee kinderen in de tuin, noem je dat liefde? | But she loves the blind man. Do you call the lisping of two children in a garden love? |
Jij vindt me een heer omdat ik laken draag en kan lispelen? | You think me a gentleman because I have linen and can manage a lisp. |
Kijk, je gaat nooit een man ontmoeten die niet van het lispelen houdt. | L-look, y-you're never gonna meet a guy who doesn't like that lispy thing. |
Daar lispel ik van. | You can't say that word without a lisp. |
Klinkt alsof ik lispel. Niet waar? | Sounds like I'm lisping, doesn't it? |
Wat lispel je leuk. | Cute lisp. |
- Ze lispelt wat. | - She has a lisp. |
De laatste NCIS medewerkster die Hetty bespioneerde lispelt permanent. | Okay, the last NCIS employee to spy on Hetty now has a permanent lisp. |
En hij lispelt als hij zat is. | And he lisps when he's drunk. |
Hij is klein, hij lispelt. | He's short, he lisps... |
Ik bedoelde dat hij lispelt. | l meant a lisp. |