Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Inhouwen (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
houw in
houwt in
houwt in
houwen in
houwen in
houwen in
Present perfect tense
heb ingehouwen
hebt ingehouwen
heeft ingehouwen
hebben ingehouwen
hebben ingehouwen
hebben ingehouwen
Past tense
hieuw in
hieuw in
hieuw in
hieuwen in
hieuwen in
hieuwen in
Future tense
zal inhouwen
zult inhouwen
zal inhouwen
zullen inhouwen
zullen inhouwen
zullen inhouwen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou inhouwen
zou inhouwen
zou inhouwen
zouden inhouwen
zouden inhouwen
zouden inhouwen
Subjunctive mood
houwe in
houwe in
houwe in
houwe in
houwe in
houwe in
Past perfect tense
had ingehouwen
had ingehouwen
had ingehouwen
hadden ingehouwen
hadden ingehouwen
hadden ingehouwen
Future perf.
zal ingehouwen hebben
zal ingehouwen hebben
zal ingehouwen hebben
zullen ingehouwen hebben
zullen ingehouwen hebben
zullen ingehouwen hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou ingehouwen hebben
zou ingehouwen hebben
zou ingehouwen hebben
zouden ingehouwen hebben
zouden ingehouwen hebben
zouden ingehouwen hebben
Present bijzin tense
inhouw
inhouwt
inhouwt
inhouwen
inhouwen
inhouwen
Past bijzin tense
inhieuw
inhieuw
inhieuw
inhieuwen
inhieuwen
inhieuwen
Future bijzin tense
zal inhouwen
zult inhouwen
zal inhouwen
zullen inhouwen
zullen inhouwen
zullen inhouwen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou inhouwen
zou inhouwen
zou inhouwen
zouden inhouwen
zouden inhouwen
zouden inhouwen
Subjunctive bijzin mood
inhouwe
inhouwe
inhouwe
inhouwe
inhouwe
inhouwe
Du
Ihr
Imperative mood
houw in
houwt in

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afhouwen
sever
behouwen
roughhew
inbouwen
drill in
inhouden
contain
instuwen
do
invouwen
collapse
omhouwen
cut down
schouwen
inspect

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

huisvesten
house
indampen
evaporate
indrukken
press
ingrosseren
do
inhalen
catch up
inhouden
contain
inhuldigen
inaugurate
inkapselen
encyst
inkuipen
cooper
inlappen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.