Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Blinderen (to armor) conjugation

Dutch
2 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
blindeer
blindeert
blindeert
blinderen
blinderen
blinderen
Present perfect tense
heb geblindeerd
hebt geblindeerd
heeft geblindeerd
hebben geblindeerd
hebben geblindeerd
hebben geblindeerd
Past tense
blindeerde
blindeerde
blindeerde
blindeerden
blindeerden
blindeerden
Future tense
zal blinderen
zult blinderen
zal blinderen
zullen blinderen
zullen blinderen
zullen blinderen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou blinderen
zou blinderen
zou blinderen
zouden blinderen
zouden blinderen
zouden blinderen
Subjunctive mood
blindere
blindere
blindere
blindere
blindere
blindere
Past perfect tense
had geblindeerd
had geblindeerd
had geblindeerd
hadden geblindeerd
hadden geblindeerd
hadden geblindeerd
Future perf.
zal geblindeerd hebben
zal geblindeerd hebben
zal geblindeerd hebben
zullen geblindeerd hebben
zullen geblindeerd hebben
zullen geblindeerd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geblindeerd hebben
zou geblindeerd hebben
zou geblindeerd hebben
zouden geblindeerd hebben
zouden geblindeerd hebben
zouden geblindeerd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
blindeer
blindeert

Examples of blinderen

Example in DutchTranslation in English
Alle eenheden, 211 een geblindeerd voertuig, 4th en Olive.All units, 211 on an armored vehicle, 4th and Olive.
Herhaal, overval op een geblindeerd voertuig.Repeat, armored vehicle robbery in progress, 4th and Olive.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

bladderen
peel
blikkeren
look times
blonderen
flounder
blunderen
blunder
vlinderen
flit

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'armor':

None found.