Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

bescheuren

to do

Looking for learning resources? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of bescheuren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
bescheur
I do
bescheurt
you do
bescheurt
he/she/it does
bescheuren
we do
bescheuren
you all do
bescheuren
they do
Present perfect tense
heb bescheurd
I have done
hebt bescheurd
you have done
heeft bescheurd
he/she/it has done
hebben bescheurd
we have done
hebben bescheurd
you all have done
hebben bescheurd
they have done
Past tense
bescheurde
I did
bescheurde
you did
bescheurde
he/she/it did
bescheurden
we did
bescheurden
you all did
bescheurden
they did
Future tense
zal bescheuren
I will do
zult bescheuren
you will do
zal bescheuren
he/she/it will do
zullen bescheuren
we will do
zullen bescheuren
you all will do
zullen bescheuren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou bescheuren
I would do
zou bescheuren
you would do
zou bescheuren
he/she/it would do
zouden bescheuren
we would do
zouden bescheuren
you all would do
zouden bescheuren
they would do
Subjunctive mood
bescheure
I do
bescheure
you do
bescheure
he/she/it do
bescheure
we do
bescheure
you all do
bescheure
they do
Past perfect tense
had bescheurd
I had done
had bescheurd
you had done
had bescheurd
he/she/it had done
hadden bescheurd
we had done
hadden bescheurd
you all had done
hadden bescheurd
they had done
Future perf.
zal bescheurd hebben
I will have done
zal bescheurd hebben
you will have done
zal bescheurd hebben
he/she/it will have done
zullen bescheurd hebben
we will have done
zullen bescheurd hebben
you all will have done
zullen bescheurd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou bescheurd hebben
I would have done
zou bescheurd hebben
you would have done
zou bescheurd hebben
he/she/it would have done
zouden bescheurd hebben
we would have done
zouden bescheurd hebben
you all would have done
zouden bescheurd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
bescheur
do
bescheurt
do

Examples of bescheuren

Nee, het was om je te bescheuren.

Why would you do that?

Om je te bescheuren.

Oh, god, Donna, do you remember when he was 12 years old?

Further details about this page

LOCATION

RELATED PAGES