Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Verschutten (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
verschut
verschut
verschut
verschutten
verschutten
verschutten
Present perfect tense
heb verschut
hebt verschut
heeft verschut
hebben verschut
hebben verschut
hebben verschut
Past tense
verschutte
verschutte
verschutte
verschutten
verschutten
verschutten
Future tense
zal verschutten
zult verschutten
zal verschutten
zullen verschutten
zullen verschutten
zullen verschutten
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou verschutten
zou verschutten
zou verschutten
zouden verschutten
zouden verschutten
zouden verschutten
Subjunctive mood
verschutte
verschutte
verschutte
verschutte
verschutte
verschutte
Past perfect tense
had verschut
had verschut
had verschut
hadden verschut
hadden verschut
hadden verschut
Future perf.
zal verschut hebben
zal verschut hebben
zal verschut hebben
zullen verschut hebben
zullen verschut hebben
zullen verschut hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou verschut hebben
zou verschut hebben
zou verschut hebben
zouden verschut hebben
zouden verschut hebben
zouden verschut hebben
Du
Ihr
Imperative mood
verschut
verschut

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

verschieten
fade
verschroten
scrap
verschudden
do
verschuilen
conceal
verschuiven
conceal

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.