Etymology
Blog
Etymology Blog

Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Stevenen (to bear down) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
steven
stevent
stevent
stevenen
stevenen
stevenen
Present perfect tense
ben gestevend
bent gestevend
is gestevend
zijn gestevend
zijn gestevend
zijn gestevend
Past tense
stevende
stevende
stevende
stevenden
stevenden
stevenden
Future tense
zal stevenen
zult stevenen
zal stevenen
zullen stevenen
zullen stevenen
zullen stevenen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou stevenen
zou stevenen
zou stevenen
zouden stevenen
zouden stevenen
zouden stevenen
Subjunctive mood
stevene
stevene
stevene
stevene
stevene
stevene
Past perfect tense
was gestevend
was gestevend
was gestevend
waren gestevend
waren gestevend
waren gestevend
Future perf.
zal gestevend zijn
zal gestevend zijn
zal gestevend zijn
zullen gestevend zijn
zullen gestevend zijn
zullen gestevend zijn
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gestevend zijn
zou gestevend zijn
zou gestevend zijn
zouden gestevend zijn
zouden gestevend zijn
zouden gestevend zijn
Du
Ihr
Imperative mood
steven
stevent

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

stevigen
do

Similar but longer

afstevenen
do

Random

snellen
race
sneven
do
somberen
do
spijzigen
do
steken
stab
stencilen
mimeograph
steuren
do
stevigen
do
stofregenen
sprinkle
stormen
storm

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'bear down':

None found.