Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Opstarten (to do) conjugation

Dutch
15 examples

Conjugation of opstarten

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
start op
I do
start op
you do
start op
he/she/it does
starten op
we do
starten op
you all do
starten op
they do
Present perfect tense
heb opgestart
I have done
hebt opgestart
you have done
heeft opgestart
he/she/it has done
hebben opgestart
we have done
hebben opgestart
you all have done
hebben opgestart
they have done
Past tense
startte op
I did
startte op
you did
startte op
he/she/it did
startten op
we did
startten op
you all did
startten op
they did
Future tense
zal opstarten
I will do
zult opstarten
you will do
zal opstarten
he/she/it will do
zullen opstarten
we will do
zullen opstarten
you all will do
zullen opstarten
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou opstarten
I would do
zou opstarten
you would do
zou opstarten
he/she/it would do
zouden opstarten
we would do
zouden opstarten
you all would do
zouden opstarten
they would do
Subjunctive mood
starte op
I do
starte op
you do
starte op
he/she/it do
starte op
we do
starte op
you all do
starte op
they do
Past perfect tense
had opgestart
I had done
had opgestart
you had done
had opgestart
he/she/it had done
hadden opgestart
we had done
hadden opgestart
you all had done
hadden opgestart
they had done
Future perf.
zal opgestart hebben
I will have done
zal opgestart hebben
you will have done
zal opgestart hebben
he/she/it will have done
zullen opgestart hebben
we will have done
zullen opgestart hebben
you all will have done
zullen opgestart hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou opgestart hebben
I would have done
zou opgestart hebben
you would have done
zou opgestart hebben
he/she/it would have done
zouden opgestart hebben
we would have done
zouden opgestart hebben
you all would have done
zouden opgestart hebben
they would have done
Present bijzin tense
opstart
I do
opstart
you do
opstart
he/she/it does
opstarten
we do
opstarten
you all do
opstarten
they do
Past bijzin tense
opstartte
I did
opstartte
you did
opstartte
he/she/it did
opstartten
we did
opstartten
you all did
opstartten
they did
Future bijzin tense
zal opstarten
I will do
zult opstarten
you will do
zal opstarten
he/she/it will do
zullen opstarten
we will do
zullen opstarten
you all will do
zullen opstarten
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou opstarten
I would do
zou opstarten
you would do
zou opstarten
he/she/it would do
zouden opstarten
we would do
zouden opstarten
you all would do
zouden opstarten
they would do
Subjunctive bijzin mood
opstarte
I do
opstarte
you do
opstarte
he/she/it do
opstarte
we do
opstarte
you all do
opstarte
they do
Du
Ihr
Imperative mood
start op
do
start op
do

Examples of opstarten

Example in DutchTranslation in English
- Moet ik 'm opnieuw opstarten?- Should I shut it down and restart it?
- We moeten 'm opnieuw opstarten.Unfreeze it! We can only do that by rebooting.
- Z'n verdiende loon. Laten we ShadowNet opstarten.Let's fire up Shadownet and see if we can catch him breaking pattern.
Als Bonnie je hart niet kan opstarten en je sterft... zitten we voor je het weet... weer met een gestoord alter ego. Dat is niet best.Bonnie can't restore your heart and you do indeed die, then before you know it, we have another psycho alter ego case on our hands.
Als we hem nu niet opnieuw opstarten, is alles verloren.If we don't reset it now, everything is lost.
Andere planten slaan een start op de bodem helemaal over.Other plants don't even bother to start at the bottom.
Ik hoefde alleen maar de Remote Desktop te starten op hun computers en daarna alles zien.All I had to do was activate the remote desktop connection on their computers and I could view all of their files.
Je hoort niet veel vrouwen die een schietpartij starten op hun werk.- You don't hear about too many women shooting up their workplace.
Oké, ik ben klaar, hier, ik heb hem weer aangezet, zodra hij opnieuw is opgestart...OK, I am done here. I've switched it back on, so once it's rebooted -
Als Brainiac opnieuw opstart... wil ik niet dat ie bij computer netwerken in de buurt is.Listen, if brainiac reboots, I don't want him near any computer networks.
Als het niet binnen 10 seconden opstart dan spettert je schedel tegen deze muren.It doesn't boot up in 10 seconds I'm gonna splatter your skull all over these walls.
Als hij nu niet opstart, zal hij dat nooit doen.If he doesn't power up now, he never will.
De multimiljoen dollar Internet opstart... die Kwade Vader op het net bracht heeft veel van mijn stoelen besteld.The multimillion dollar Internet startup that put Angry Dad on the net ordered a lot of my chairs.
Deze bedrijven keken naar de opstart van een federaal verbod op boren voor de kust.- These companies were staring down the barrel of a federal moratorium on offshore drilling.
Gelukkig, heb ik door een zoekprogramma dat ik opstartte één, twee, drie, vier aanzienlijke stortingen op haar rekening, heel recentelijk. gestort door een zekere...But luckily, a snooper program I was running did find one, two, three four sizable deposits made to her account recently from a man named...

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

opstappen
step
opstutten
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.