Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Opkrikken (to jack up) conjugation

Dutch
8 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
krik op
krikt op
krikt op
krikken op
krikken op
krikken op
Present perfect tense
heb opgekrikt
hebt opgekrikt
heeft opgekrikt
hebben opgekrikt
hebben opgekrikt
hebben opgekrikt
Past tense
krikte op
krikte op
krikte op
krikten op
krikten op
krikten op
Future tense
zal opkrikken
zult opkrikken
zal opkrikken
zullen opkrikken
zullen opkrikken
zullen opkrikken
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou opkrikken
zou opkrikken
zou opkrikken
zouden opkrikken
zouden opkrikken
zouden opkrikken
Subjunctive mood
krikke op
krikke op
krikke op
krikke op
krikke op
krikke op
Past perfect tense
had opgekrikt
had opgekrikt
had opgekrikt
hadden opgekrikt
hadden opgekrikt
hadden opgekrikt
Future perf.
zal opgekrikt hebben
zal opgekrikt hebben
zal opgekrikt hebben
zullen opgekrikt hebben
zullen opgekrikt hebben
zullen opgekrikt hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou opgekrikt hebben
zou opgekrikt hebben
zou opgekrikt hebben
zouden opgekrikt hebben
zouden opgekrikt hebben
zouden opgekrikt hebben
Present bijzin tense
opkrik
opkrikt
opkrikt
opkrikken
opkrikken
opkrikken
Past bijzin tense
opkrikte
opkrikte
opkrikte
opkrikten
opkrikten
opkrikten
Future bijzin tense
zal opkrikken
zult opkrikken
zal opkrikken
zullen opkrikken
zullen opkrikken
zullen opkrikken
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou opkrikken
zou opkrikken
zou opkrikken
zouden opkrikken
zouden opkrikken
zouden opkrikken
Subjunctive bijzin mood
opkrikke
opkrikke
opkrikke
opkrikke
opkrikke
opkrikke
Du
Ihr
Imperative mood
krik op
krikt op

Examples of opkrikken

Example in DutchTranslation in English
Je wilt alleen de prijs opkrikken.- You just want to jack up your price.
Nu heeft hij een bionische. Hij kan in een beweging de auto opkrikken en een band verwisselen.But then they replaced it with a bionic one and he could jack up a car and change the tire at the same time.
We moeten alleen het puin opkrikken.We just gotta jack up the rubble.
Dammit. Ik wil niet sterven langs de weg in het vuil met een opgekrikt sleutelbeen!I don't want to die by the roadside in the dirt with a jacked up clavicle!
Goed, want de prijzen willen wel eens worden opgekrikt als ze mijn naam horen.I just told her I knew a potential buyer. Good, 'cause prices tend to get jacked up when people hear my name.
Ik heb de bus opgekrikt en dat zwijn eronder vandaan gehaald.And l jacked up the front of the bus and cut that hog right out of there.
Ik heb een takelwagen naar je garage gestuurd. Ze hebben je uitgebrande truck opgekrikt, en wat vonden ze?I sent a tow car over to your garage this afternoon... and they jacked up that burned-out truck of yours.
Als je de bloeddruk opkrikt, wordt het bloeden erger.If you jack up the BP, she'll just bleed more. Like this, she can tolerate.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

omwrikken
do
opflikken
vamp up
opkwikken
do
opprikken
pin up
opstikken
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

opbollen
compete
openduwen
push open
opensplijten
split open
opjagen
chase
opklaren
clear
opkoteren
do
opkrassen
scram
opkroppen
bottle up
opleiden
train
opleven
revive

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'jack up':

None found.