Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Onderleggen (to put under) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
onderleg
onderlegt
onderlegt
onderleggen
onderleggen
onderleggen
Present perfect tense
heb onderlegd
hebt onderlegd
heeft onderlegd
hebben onderlegd
hebben onderlegd
hebben onderlegd
Past tense
onderlegde
onderlegde
onderlegde
onderlegden
onderlegden
onderlegden
Future tense
zal onderleggen
zult onderleggen
zal onderleggen
zullen onderleggen
zullen onderleggen
zullen onderleggen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou onderleggen
zou onderleggen
zou onderleggen
zouden onderleggen
zouden onderleggen
zouden onderleggen
Subjunctive mood
onderlegge
onderlegge
onderlegge
onderlegge
onderlegge
onderlegge
Past perfect tense
had onderlegd
had onderlegd
had onderlegd
hadden onderlegd
hadden onderlegd
hadden onderlegd
Future perf.
zal onderlegd hebben
zal onderlegd hebben
zal onderlegd hebben
zullen onderlegd hebben
zullen onderlegd hebben
zullen onderlegd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou onderlegd hebben
zou onderlegd hebben
zou onderlegd hebben
zouden onderlegd hebben
zouden onderlegd hebben
zouden onderlegd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
onderleg
onderlegt

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

onderliggen
do
wederleggen
disprove

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

omverslaan
down strike
omverwaaien
blow down
omwaren
do
omwroeten
rout
omzagen
cut down
onderbetalen
underpay
onderduwen
push down
onderkomen
do
onderkruipen
undercut
onderliggen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'put under':

None found.