Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Gniffelen (to do) conjugation

Dutch
2 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
gniffel
gniffelt
gniffelt
gniffelen
gniffelen
gniffelen
Present perfect tense
heb gegniffeld
hebt gegniffeld
heeft gegniffeld
hebben gegniffeld
hebben gegniffeld
hebben gegniffeld
Past tense
gniffelde
gniffelde
gniffelde
gniffelden
gniffelden
gniffelden
Future tense
zal gniffelen
zult gniffelen
zal gniffelen
zullen gniffelen
zullen gniffelen
zullen gniffelen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou gniffelen
zou gniffelen
zou gniffelen
zouden gniffelen
zouden gniffelen
zouden gniffelen
Subjunctive mood
gniffele
gniffele
gniffele
gniffele
gniffele
gniffele
Past perfect tense
had gegniffeld
had gegniffeld
had gegniffeld
hadden gegniffeld
hadden gegniffeld
hadden gegniffeld
Future perf.
zal gegniffeld hebben
zal gegniffeld hebben
zal gegniffeld hebben
zullen gegniffeld hebben
zullen gegniffeld hebben
zullen gegniffeld hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gegniffeld hebben
zou gegniffeld hebben
zou gegniffeld hebben
zouden gegniffeld hebben
zouden gegniffeld hebben
zouden gegniffeld hebben
Du
Ihr
Imperative mood
gniffel
gniffelt

Examples of gniffelen

Example in DutchTranslation in English
In plaats daarvan, moest ik gniffelen, en heb ik een cadeau voor de hond gekocht.Instead, I had a little chuckle, and I got the dog a gift.
Jimmy gniffelt en Cary kijkt omlaag.You can see that Jimmy is amused, and Cary looks down.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

griffelen
do
sniffelen
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

gelden
do
glarieogen
do
glissen
do
glosseren
gloss honor
gluurogen
do
gnuiven
chuckle
goedpraten
explain away
gonzen
drone
gorden
gird
gradueren
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.