Conjugation
Etymology
Blog
Courses
Get a Dutch Tutor
Conjugation
Etymology
Blog
doorzijgen
to strain
Conjugation
Details
Looking for learning resources?
Study with our courses!
Get a full course →
Conjugation
of
doorzijgen
Translation
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
zijg door
I strain
zijgt door
you strain
zijgt door
he/she/it strains
zijgen door
we strain
zijgen door
you all strain
zijgen door
they strain
Present perfect tense
heb doorgezegen
I have strained
hebt doorgezegen
you have strained
heeft doorgezegen
he/she/it has strained
hebben doorgezegen
we have strained
hebben doorgezegen
you all have strained
hebben doorgezegen
they have strained
Past tense
zeeg door
I strained
zeeg door
you strained
zeeg door
he/she/it strained
zegen door
we strained
zegen door
you all strained
zegen door
they strained
Future tense
zal doorzijgen
I will strain
zult doorzijgen
you will strain
zal doorzijgen
he/she/it will strain
zullen doorzijgen
we will strain
zullen doorzijgen
you all will strain
zullen doorzijgen
they will strain
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou doorzijgen
I would strain
zou doorzijgen
you would strain
zou doorzijgen
he/she/it would strain
zouden doorzijgen
we would strain
zouden doorzijgen
you all would strain
zouden doorzijgen
they would strain
Subjunctive mood
zijge door
I strain
zijge door
you strain
zijge door
he/she/it strain
zijge door
we strain
zijge door
you all strain
zijge door
they strain
Past perfect tense
had doorgezegen
I had strained
had doorgezegen
you had strained
had doorgezegen
he/she/it had strained
hadden doorgezegen
we had strained
hadden doorgezegen
you all had strained
hadden doorgezegen
they had strained
Future perf.
zal doorgezegen hebben
I will have strained
zal doorgezegen hebben
you will have strained
zal doorgezegen hebben
he/she/it will have strained
zullen doorgezegen hebben
we will have strained
zullen doorgezegen hebben
you all will have strained
zullen doorgezegen hebben
they will have strained
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou doorgezegen hebben
I would have strained
zou doorgezegen hebben
you would have strained
zou doorgezegen hebben
he/she/it would have strained
zouden doorgezegen hebben
we would have strained
zouden doorgezegen hebben
you all would have strained
zouden doorgezegen hebben
they would have strained
Present bijzin tense
doorzijg
I strain
doorzijgt
you strain
doorzijgt
he/she/it strains
doorzijgen
we strain
doorzijgen
you all strain
doorzijgen
they strain
Past bijzin tense
doorzeeg
I strained
doorzeeg
you strained
doorzeeg
he/she/it strained
doorzegen
we strained
doorzegen
you all strained
doorzegen
they strained
Future bijzin tense
zal doorzijgen
I will strain
zult doorzijgen
you will strain
zal doorzijgen
he/she/it will strain
zullen doorzijgen
we will strain
zullen doorzijgen
you all will strain
zullen doorzijgen
they will strain
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou doorzijgen
I would strain
zou doorzijgen
you would strain
zou doorzijgen
he/she/it would strain
zouden doorzijgen
we would strain
zouden doorzijgen
you all would strain
zouden doorzijgen
they would strain
Subjunctive bijzin mood
doorzijge
I strain
doorzijge
you strain
doorzijge
he/she/it strain
doorzijge
we strain
doorzijge
you all strain
doorzijge
they strain
Du
Ihr
Imperative mood
zijg door
strain
zijgt
strain
Further details about this page
LOCATION
Cooljugator
/
Dutch
/
doorzijgen
RELATED PAGES
doorzieken
do
doorzitten
do
Back to Top