Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Deinzen (to shy) conjugation

Dutch
2 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
deins
deinst
deinst
deinzen
deinzen
deinzen
Present perfect tense
ben gedeinsd
bent gedeinsd
is gedeinsd
zijn gedeinsd
zijn gedeinsd
zijn gedeinsd
Past tense
deinsde
deinsde
deinsde
deinsden
deinsden
deinsden
Future tense
zal deinzen
zult deinzen
zal deinzen
zullen deinzen
zullen deinzen
zullen deinzen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou deinzen
zou deinzen
zou deinzen
zouden deinzen
zouden deinzen
zouden deinzen
Subjunctive mood
deinze
deinze
deinze
deinze
deinze
deinze
Past perfect tense
was gedeinsd
was gedeinsd
was gedeinsd
waren gedeinsd
waren gedeinsd
waren gedeinsd
Future perf.
zal gedeinsd zijn
zal gedeinsd zijn
zal gedeinsd zijn
zullen gedeinsd zijn
zullen gedeinsd zijn
zullen gedeinsd zijn
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gedeinsd zijn
zou gedeinsd zijn
zou gedeinsd zijn
zouden gedeinsd zijn
zouden gedeinsd zijn
zouden gedeinsd zijn
Du
Ihr
Imperative mood
deins
deinst

Examples of deinzen

Example in DutchTranslation in English
Je lijkt er hier voor terug te deinzen.You seem to shy away from that in here.
Die deinsde nooit terug voor de moeilijke zaken.Guy never shied away from the tough ones.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

drenzen
pule
peinzen
ponder on
spinzen
do
veinzen
pretend

Similar but longer

afdeinzen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'shy':

None found.