Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Correleren (to do) conjugation

Dutch
2 examples

Conjugation of correleren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
correleer
I do
correleert
you do
correleert
he/she/it does
correleren
we do
correleren
you all do
correleren
they do
Present perfect tense
heb gecorreleerd
I have done
hebt gecorreleerd
you have done
heeft gecorreleerd
he/she/it has done
hebben gecorreleerd
we have done
hebben gecorreleerd
you all have done
hebben gecorreleerd
they have done
Past tense
correleerde
I did
correleerde
you did
correleerde
he/she/it did
correleerden
we did
correleerden
you all did
correleerden
they did
Future tense
zal correleren
I will do
zult correleren
you will do
zal correleren
he/she/it will do
zullen correleren
we will do
zullen correleren
you all will do
zullen correleren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou correleren
I would do
zou correleren
you would do
zou correleren
he/she/it would do
zouden correleren
we would do
zouden correleren
you all would do
zouden correleren
they would do
Subjunctive mood
correlere
I do
correlere
you do
correlere
he/she/it do
correlere
we do
correlere
you all do
correlere
they do
Past perfect tense
had gecorreleerd
I had done
had gecorreleerd
you had done
had gecorreleerd
he/she/it had done
hadden gecorreleerd
we had done
hadden gecorreleerd
you all had done
hadden gecorreleerd
they had done
Future perf.
zal gecorreleerd hebben
I will have done
zal gecorreleerd hebben
you will have done
zal gecorreleerd hebben
he/she/it will have done
zullen gecorreleerd hebben
we will have done
zullen gecorreleerd hebben
you all will have done
zullen gecorreleerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gecorreleerd hebben
I would have done
zou gecorreleerd hebben
you would have done
zou gecorreleerd hebben
he/she/it would have done
zouden gecorreleerd hebben
we would have done
zouden gecorreleerd hebben
you all would have done
zouden gecorreleerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
correleer
do
correleert
do

Examples of correleren

Example in DutchTranslation in English
Als ze niet correleren ben je wat kwijt en kun je niet defractioneren.See if they correlate. If they don't, you may have lost some bytes in the transfer, lost a keyword. You won't be able to defractionate.
Ik zou het meest grondige en intieme statistische onderzoek doen voor elk onderwerp en ik zou correleren en extrapoleren en betekenis geven. Betekenis aan elk deel apart.I mean, I would do the deepest, meanest, most intimate statistical research on any given topic, and I would correlate and extrapolate, and I would give meaning, meaning to each and every single part.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

corrigeren
correct
corroderen
correct

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

composteren
do
concretiseren
do
contraveniëren
do
controleren
control
converteren
convert
coproduceren
coproduce
correctionaliseren
copulate
corresponderen
correspond
corrigeren
correct
croonen
croon

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.