Bespatten (to splash) conjugation

Dutch
5 examples

Conjugation of bespatten

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
bespat
I splash
bespat
you splash
bespat
he/she/it splashes
bespatten
we splash
bespatten
you all splash
bespatten
they splash
Present perfect tense
heb bespat
I have splashed
hebt bespat
you have splashed
heeft bespat
he/she/it has splashed
hebben bespat
we have splashed
hebben bespat
you all have splashed
hebben bespat
they have splashed
Past tense
bespatte
I splashed
bespatte
you splashed
bespatte
he/she/it splashed
bespatten
we splashed
bespatten
you all splashed
bespatten
they splashed
Future tense
zal bespatten
I will splash
zult bespatten
you will splash
zal bespatten
he/she/it will splash
zullen bespatten
we will splash
zullen bespatten
you all will splash
zullen bespatten
they will splash
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou bespatten
I would splash
zou bespatten
you would splash
zou bespatten
he/she/it would splash
zouden bespatten
we would splash
zouden bespatten
you all would splash
zouden bespatten
they would splash
Subjunctive mood
bespatte
I splash
bespatte
you splash
bespatte
he/she/it splash
bespatte
we splash
bespatte
you all splash
bespatte
they splash
Past perfect tense
had bespat
I had splashed
had bespat
you had splashed
had bespat
he/she/it had splashed
hadden bespat
we had splashed
hadden bespat
you all had splashed
hadden bespat
they had splashed
Future perf.
zal bespat hebben
I will have splashed
zal bespat hebben
you will have splashed
zal bespat hebben
he/she/it will have splashed
zullen bespat hebben
we will have splashed
zullen bespat hebben
you all will have splashed
zullen bespat hebben
they will have splashed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou bespat hebben
I would have splashed
zou bespat hebben
you would have splashed
zou bespat hebben
he/she/it would have splashed
zouden bespat hebben
we would have splashed
zouden bespat hebben
you all would have splashed
zouden bespat hebben
they would have splashed
Du
Ihr
Imperative mood
bespat
splash
bespat
splash

Examples of bespatten

Example in DutchTranslation in English
We rijden door een plas en bespatten het meisje.We hit a puddle, splashed the girl.
Als je je nog herinnert, toen ik Perry Miller bespat, brak hij mijn neus.If you remember, when I splashed Perry Miller, he broke my nose.
De mensheid zoals we die kennen kan bespat worden.civilization as we know it might get splashed.
Hij bespatte ons met wijwater en gaf een strenge waarschuwing.He splashed us with holy water and gave a harsh warning.
Ik bespatte mezelf.I splashed myself silly.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afspatten
spall
besmetten
contaminate
bespannen
stretch
bespotten
wash
bespuiten
spray
opspatten
spurt

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'splash':

None found.
Learning languages?