Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

aanwrijven

to blame

Looking for learning resources? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of aanwrijven

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
wrijf aan
I blame
wrijft aan
you blame
wrijft aan
he/she/it blames
wrijven aan
we blame
wrijven aan
you all blame
wrijven aan
they blame
Present perfect tense
heb aangewreven
I have blamed
hebt aangewreven
you have blamed
heeft aangewreven
he/she/it has blamed
hebben aangewreven
we have blamed
hebben aangewreven
you all have blamed
hebben aangewreven
they have blamed
Past tense
wreef aan
I blamed
wreef aan
you blamed
wreef aan
he/she/it blamed
wreven aan
we blamed
wreven aan
you all blamed
wreven aan
they blamed
Future tense
zal aanwrijven
I will blame
zult aanwrijven
you will blame
zal aanwrijven
he/she/it will blame
zullen aanwrijven
we will blame
zullen aanwrijven
you all will blame
zullen aanwrijven
they will blame
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou aanwrijven
I would blame
zou aanwrijven
you would blame
zou aanwrijven
he/she/it would blame
zouden aanwrijven
we would blame
zouden aanwrijven
you all would blame
zouden aanwrijven
they would blame
Subjunctive mood
wrijve aan
I blame
wrijve aan
you blame
wrijve aan
he/she/it blame
wrijve aan
we blame
wrijve aan
you all blame
wrijve aan
they blame
Past perfect tense
had aangewreven
I had blamed
had aangewreven
you had blamed
had aangewreven
he/she/it had blamed
hadden aangewreven
we had blamed
hadden aangewreven
you all had blamed
hadden aangewreven
they had blamed
Future perf.
zal aangewreven hebben
I will have blamed
zal aangewreven hebben
you will have blamed
zal aangewreven hebben
he/she/it will have blamed
zullen aangewreven hebben
we will have blamed
zullen aangewreven hebben
you all will have blamed
zullen aangewreven hebben
they will have blamed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou aangewreven hebben
I would have blamed
zou aangewreven hebben
you would have blamed
zou aangewreven hebben
he/she/it would have blamed
zouden aangewreven hebben
we would have blamed
zouden aangewreven hebben
you all would have blamed
zouden aangewreven hebben
they would have blamed
Present bijzin tense
aanwrijf
I blame
aanwrijft
you blame
aanwrijft
he/she/it blames
aanwrijven
we blame
aanwrijven
you all blame
aanwrijven
they blame
Past bijzin tense
aanwreef
I blamed
aanwreef
you blamed
aanwreef
he/she/it blamed
aanwreven
we blamed
aanwreven
you all blamed
aanwreven
they blamed
Future bijzin tense
zal aanwrijven
I will blame
zult aanwrijven
you will blame
zal aanwrijven
he/she/it will blame
zullen aanwrijven
we will blame
zullen aanwrijven
you all will blame
zullen aanwrijven
they will blame
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou aanwrijven
I would blame
zou aanwrijven
you would blame
zou aanwrijven
he/she/it would blame
zouden aanwrijven
we would blame
zouden aanwrijven
you all would blame
zouden aanwrijven
they would blame
Subjunctive bijzin mood
aanwrijve
I blame
aanwrijve
you blame
aanwrijve
he/she/it blame
aanwrijve
we blame
aanwrijve
you all blame
aanwrijve
they blame
Du
Ihr
Imperative mood
wrijf aan
blame
wrijft aan
blame

Examples of aanwrijven

Dat kunt u uw zoon niet aanwrijven.

But you can't blame it all on your son.

Dat mag je mij niet aanwrijven.

Only I can blame myself for his death.

Harry Pearce kan dit dilemma alleen maar zichzelf aanwrijven.

Harry Pearce only has himself to blame for this predicament.

Further details about this page

LOCATION

RELATED PAGES