Doorbuigen (to bend) conjugation

Dutch
10 examples

Conjugation of doorbuigen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
buig door
I bend
buigt door
you bend
buigt door
he/she/it bends
buigen door
we bend
buigen door
you all bend
buigen door
they bend
Present perfect tense
heb doorgebogen
I have bent
hebt doorgebogen
you have bent
heeft doorgebogen
he/she/it has bent
hebben doorgebogen
we have bent
hebben doorgebogen
you all have bent
hebben doorgebogen
they have bent
Past tense
boog door
I bent
boog door
you bent
boog door
he/she/it bent
bogen door
we bent
bogen door
you all bent
bogen door
they bent
Future tense
zal doorbuigen
I will bend
zult doorbuigen
you will bend
zal doorbuigen
he/she/it will bend
zullen doorbuigen
we will bend
zullen doorbuigen
you all will bend
zullen doorbuigen
they will bend
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou doorbuigen
I would bend
zou doorbuigen
you would bend
zou doorbuigen
he/she/it would bend
zouden doorbuigen
we would bend
zouden doorbuigen
you all would bend
zouden doorbuigen
they would bend
Subjunctive mood
buige door
I bend
buige door
you bend
buige door
he/she/it bend
buige door
we bend
buige door
you all bend
buige door
they bend
Past perfect tense
had doorgebogen
I had bent
had doorgebogen
you had bent
had doorgebogen
he/she/it had bent
hadden doorgebogen
we had bent
hadden doorgebogen
you all had bent
hadden doorgebogen
they had bent
Future perf.
zal doorgebogen hebben
I will have bent
zal doorgebogen hebben
you will have bent
zal doorgebogen hebben
he/she/it will have bent
zullen doorgebogen hebben
we will have bent
zullen doorgebogen hebben
you all will have bent
zullen doorgebogen hebben
they will have bent
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou doorgebogen hebben
I would have bent
zou doorgebogen hebben
you would have bent
zou doorgebogen hebben
he/she/it would have bent
zouden doorgebogen hebben
we would have bent
zouden doorgebogen hebben
you all would have bent
zouden doorgebogen hebben
they would have bent
Present bijzin tense
doorbuig
I bend
doorbuigt
you bend
doorbuigt
he/she/it bends
doorbuigen
we bend
doorbuigen
you all bend
doorbuigen
they bend
Past bijzin tense
doorboog
I bent
doorboog
you bent
doorboog
he/she/it bent
doorbogen
we bent
doorbogen
you all bent
doorbogen
they bent
Future bijzin tense
zal doorbuigen
I will bend
zult doorbuigen
you will bend
zal doorbuigen
he/she/it will bend
zullen doorbuigen
we will bend
zullen doorbuigen
you all will bend
zullen doorbuigen
they will bend
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou doorbuigen
I would bend
zou doorbuigen
you would bend
zou doorbuigen
he/she/it would bend
zouden doorbuigen
we would bend
zouden doorbuigen
you all would bend
zouden doorbuigen
they would bend
Subjunctive bijzin mood
doorbuige
I bend
doorbuige
you bend
doorbuige
he/she/it bend
doorbuige
we bend
doorbuige
you all bend
doorbuige
they bend
Du
Ihr
Imperative mood
buig door
bend
buigt
bend

Examples of doorbuigen

Example in DutchTranslation in English
Als je hem bij de voeten neemt gaan zijn heupen doorbuigen.If you lift him at the feet he's gonna bend at the waist.
Kijk, een beetje doorbuigen en zwaaien... en dan omhoog.Look, sir, just bend a little that way and swing away and just straight up.
Door de Speed-Force kunnen we allebei de natuurwetten buigen door super snelheid.The Speed Force allows both of us to bend the laws of physics using super speed.
11:45 uur met takken doorgebogen van sappig fruit maak m 'n bed op met zijde en dons plooi het met purperen stoffenWhose boughs are bent With thick-set fruit Raise me a daïs of silk and down -Hang it with vair and purple dyes
Toen hij doorboog en de mantel indook, ontstond de Marianentrog.As it bent and dived into the Earth's mantle, it formed the colossal Marianas Trench.
"De boog van de geschiedenis is lang, maar hij buigt naar rechtvaardigheid."- "The arc of history is long, but it bends toward justice."
"Hij buigt zich over Tatiana,"He bends over Tatiana,
"Hij grijpt de ijzeren staven en begint te trekken en te schudden, hij buigt het metaal en trekt de staven van de muur. ""He grabs the iron bars pulling and shaking them, bending the metal and tearing the bars from the wall."
"Toen strekte de koningin haar armen, en zijn hoofd buigt op haar borst, en op het bed een warme omhelzing, de koningin toont haar stralende gezicht. ""Then the queen her arms extends, and to her breast his head she bends, and on the bed in warm embrace, the queen displays her radiant face."
"Zoals een bloem buigt in de wind# Like a flower bending in the breeze #

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'bend':

None found.
Learning languages?