Aanzwellen (to swell) conjugation

Dutch
9 examples

Conjugation of aanzwellen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
zwel aan
I swell
zwelt aan
you swell
zwelt aan
he/she/it swells
zwellen aan
we swell
zwellen aan
you all swell
zwellen aan
they swell
Present perfect tense
ben aangezwollen
I have swollen
bent aangezwollen
you have swollen
is aangezwollen
he/she/it has swollen
zijn aangezwollen
we have swollen
zijn aangezwollen
you all have swollen
zijn aangezwollen
they have swollen
Past tense
zwol aan
I swelled
zwol aan
you swelled
zwol aan
he/she/it swelled
zwollen aan
we swelled
zwollen aan
you all swelled
zwollen aan
they swelled
Future tense
zal aanzwellen
I will swell
zult aanzwellen
you will swell
zal aanzwellen
he/she/it will swell
zullen aanzwellen
we will swell
zullen aanzwellen
you all will swell
zullen aanzwellen
they will swell
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou aanzwellen
I would swell
zou aanzwellen
you would swell
zou aanzwellen
he/she/it would swell
zouden aanzwellen
we would swell
zouden aanzwellen
you all would swell
zouden aanzwellen
they would swell
Subjunctive mood
zwelle aan
I swell
zwelle aan
you swell
zwelle aan
he/she/it swell
zwelle aan
we swell
zwelle aan
you all swell
zwelle aan
they swell
Past perfect tense
was aangezwollen
I had swollen
was aangezwollen
you had swollen
was aangezwollen
he/she/it had swollen
waren aangezwollen
we had swollen
waren aangezwollen
you all had swollen
waren aangezwollen
they had swollen
Future perf.
zal aangezwollen zijn
I will have swollen
zal aangezwollen zijn
you will have swollen
zal aangezwollen zijn
he/she/it will have swollen
zullen aangezwollen zijn
we will have swollen
zullen aangezwollen zijn
you all will have swollen
zullen aangezwollen zijn
they will have swollen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou aangezwollen zijn
I would have swollen
zou aangezwollen zijn
you would have swollen
zou aangezwollen zijn
he/she/it would have swollen
zouden aangezwollen zijn
we would have swollen
zouden aangezwollen zijn
you all would have swollen
zouden aangezwollen zijn
they would have swollen
Present bijzin tense
aanzwel
I swell
aanzwelt
you swell
aanzwelt
he/she/it swells
aanzwellen
we swell
aanzwellen
you all swell
aanzwellen
they swell
Past bijzin tense
aanzwol
I swelled
aanzwol
you swelled
aanzwol
he/she/it swelled
aanzwollen
we swelled
aanzwollen
you all swelled
aanzwollen
they swelled
Future bijzin tense
zal aanzwellen
I will swell
zult aanzwellen
you will swell
zal aanzwellen
he/she/it will swell
zullen aanzwellen
we will swell
zullen aanzwellen
you all will swell
zullen aanzwellen
they will swell
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou aanzwellen
I would swell
zou aanzwellen
you would swell
zou aanzwellen
he/she/it would swell
zouden aanzwellen
we would swell
zouden aanzwellen
you all would swell
zouden aanzwellen
they would swell
Subjunctive bijzin mood
aanzwelle
I swell
aanzwelle
you swell
aanzwelle
he/she/it swell
aanzwelle
we swell
aanzwelle
you all swell
aanzwelle
they swell
Du
Ihr
Imperative mood
zwel aan
swell
zwelt aan
swell

Examples of aanzwellen

Example in DutchTranslation in English
Het aanzwellen van hun stemmen, jouw naam inluidend.The swell of their voices, heralding your name.
Je hoort de golven bijna aanzwellen en wegrollen.You can almost hear the waves swelling and falling.
Het is net als in de film: de geliefden kussen elkaar. De muziek zwelt aan, en wij geloven het, nietwaar ?It's like going to the movies and we see the lovers on screen kiss, and the music swells, and we buy it, right?
Mijn eetlust zwelt aan.My appetite swells.
Muziek zwelt aan, het beeld vervaagt en de aftiteling loopt.Music swells, fade to black, and credits role.
Muziek zwelt aan, stoppen en printen.Music swells. Cut and print!
Langzaam groeien de rimpelingen. Ze zwellen aan tot golven.Steadily, the ripples grow until they become deep swells.
Onze gelederen zwellen aan.Our ranks swell.
Dat je uit het niets zou opdagen, mijn kleine meid verzorgt en jij en ik hand in hand lopen terwijl de muziek aanzwelt. Zoiets?What, you thought you'd just show up out of the blue, out of nowhere, really, and fix my little girl, and then, what, you and me hold hands and cry as the music swells, is that it?

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

aansnellen
rush
aanstellen
appoint
aanzwemmen
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'swell':

None found.
Learning languages?