Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Vermemelen (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
vermemel
vermemelt
vermemelt
vermemelen
vermemelen
vermemelen
Present perfect tense
ben vermemeld
bent vermemeld
is vermemeld
zijn vermemeld
zijn vermemeld
zijn vermemeld
Past tense
vermemelde
vermemelde
vermemelde
vermemelden
vermemelden
vermemelden
Future tense
zal vermemelen
zult vermemelen
zal vermemelen
zullen vermemelen
zullen vermemelen
zullen vermemelen
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou vermemelen
zou vermemelen
zou vermemelen
zouden vermemelen
zouden vermemelen
zouden vermemelen
Subjunctive mood
vermemele
vermemele
vermemele
vermemele
vermemele
vermemele
Past perfect tense
was vermemeld
was vermemeld
was vermemeld
waren vermemeld
waren vermemeld
waren vermemeld
Future perf.
zal vermemeld zijn
zal vermemeld zijn
zal vermemeld zijn
zullen vermemeld zijn
zullen vermemeld zijn
zullen vermemeld zijn
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou vermemeld zijn
zou vermemeld zijn
zou vermemeld zijn
zouden vermemeld zijn
zouden vermemeld zijn
zouden vermemeld zijn
Du
Ihr
Imperative mood
vermemel
vermemelt

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

verzamelen
assemble

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.