Uitgillen (to scream) conjugation

Dutch
11 examples

Conjugation of uitgillen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
gil uit
I scream
gilt uit
you scream
gilt uit
he/she/it screams
gillen uit
we scream
gillen uit
you all scream
gillen uit
they scream
Present perfect tense
heb uitgegild
I have screamed
hebt uitgegild
you have screamed
heeft uitgegild
he/she/it has screamed
hebben uitgegild
we have screamed
hebben uitgegild
you all have screamed
hebben uitgegild
they have screamed
Past tense
gilde uit
I screamed
gilde uit
you screamed
gilde uit
he/she/it screamed
gilden uit
we screamed
gilden uit
you all screamed
gilden uit
they screamed
Future tense
zal uitgillen
I will scream
zult uitgillen
you will scream
zal uitgillen
he/she/it will scream
zullen uitgillen
we will scream
zullen uitgillen
you all will scream
zullen uitgillen
they will scream
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou uitgillen
I would scream
zou uitgillen
you would scream
zou uitgillen
he/she/it would scream
zouden uitgillen
we would scream
zouden uitgillen
you all would scream
zouden uitgillen
they would scream
Subjunctive mood
gille uit
I scream
gille uit
you scream
gille uit
he/she/it scream
gille uit
we scream
gille uit
you all scream
gille uit
they scream
Past perfect tense
had uitgegild
I had screamed
had uitgegild
you had screamed
had uitgegild
he/she/it had screamed
hadden uitgegild
we had screamed
hadden uitgegild
you all had screamed
hadden uitgegild
they had screamed
Future perf.
zal uitgegild hebben
I will have screamed
zal uitgegild hebben
you will have screamed
zal uitgegild hebben
he/she/it will have screamed
zullen uitgegild hebben
we will have screamed
zullen uitgegild hebben
you all will have screamed
zullen uitgegild hebben
they will have screamed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou uitgegild hebben
I would have screamed
zou uitgegild hebben
you would have screamed
zou uitgegild hebben
he/she/it would have screamed
zouden uitgegild hebben
we would have screamed
zouden uitgegild hebben
you all would have screamed
zouden uitgegild hebben
they would have screamed
Present bijzin tense
uitgil
I scream
uitgilt
you scream
uitgilt
he/she/it screams
uitgillen
we scream
uitgillen
you all scream
uitgillen
they scream
Past bijzin tense
uitgilde
I screamed
uitgilde
you screamed
uitgilde
he/she/it screamed
uitgilden
we screamed
uitgilden
you all screamed
uitgilden
they screamed
Future bijzin tense
zal uitgillen
I will scream
zult uitgillen
you will scream
zal uitgillen
he/she/it will scream
zullen uitgillen
we will scream
zullen uitgillen
you all will scream
zullen uitgillen
they will scream
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou uitgillen
I would scream
zou uitgillen
you would scream
zou uitgillen
he/she/it would scream
zouden uitgillen
we would scream
zouden uitgillen
you all would scream
zouden uitgillen
they would scream
Subjunctive bijzin mood
uitgille
I scream
uitgille
you scream
uitgille
he/she/it scream
uitgille
we scream
uitgille
you all scream
uitgille
they scream
Du
Ihr
Imperative mood
gil uit
scream
gilt uit
scream

Examples of uitgillen

Example in DutchTranslation in English
Ik zorg ervoor dat ze hun excuses uitgillen.What if I made them scream apologies?
Zoetzuur varkensvlees is zo heet en plakkerig dat ze aan de muur blijven plakken en het uitgillen...Sweet-and-sour pork so hot and sticky, Mongolians will stick right to the wall and scream...
Het was eenvoudig om Susans gil uit de horrorfilm over te zetten... op de trainingsvideo.No! It was easy to transfer Susan's scream from the slasher film onto the exercise video.
Wat later hoorden we 'n gil uit die hoek. Een kort gilletje. Zoiets:And then later we heard a scream from over that way, just a little short one, like, uh, "aah!"
Als volgende, hebben we de drie gillen uit Scream drie.Next, we've got three screams from Scream 3.
De eerste keer dat hij het niet heeft uitgegild.Strange. First time the little thing hasn't screamed its head off.
Zorg je dat ik het uitgil?Make me scream that rebel yell.
Het is absoluut niet haar schuld... dat ik 's nachts droom van m'n moeder die het uitgilt in ons brandende huis.No, it's not her fault at all that I dream every night of my mother's screams coming from my burning home !
Het wordt zo lekker dat je het uitgilt van genot.So fabulous that you will scream with joy.
Ik kan me mijn broer niet voorstellen dat hij zijn leven uitgilt... in Bedlam samen met die andere ongelukkige schepsels.I couldn´t bear the thought of my brother screaming his life away in Bedlam with the rest of those unfortunate creatures.
Ik wil haar volpompen pompen, pompen, pompen, tot ze het uitgilt.I wanna pump her... pump, pump, pump, till she screams bloody murder.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

uitbellen
dial
uitbollen
bell
uitgieren
do
uitgieten
outpour
uithollen
cough
uitpellen
weed
uitrollen
unroll
uittellen
pull up
uittillen
lift out
uitvallen
fall out

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

tuien
guy
uitbloeien
cease blossoming
uitdossen
dress up
uiteten
din out
uitgieren
do
uitgieten
outpour
uitglijden
slip
uitgroeien
grow
uithuwen
wed
uitkaarden
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'scream':

None found.
Learning languages?