Dutch
Afrikaans
Albanian
Arabic
Azeri
Basque
Catalan
Danish
Dutch
English
Esperanto
Estonian
Faroese
Finnish verbs
Finnish adjectives
Finnish nouns
French
German
Hawaiian
Hebrew
Hungarian
Icelandic
Indonesian
Italian
Japanese
Latvian
Lithuanian
Macedonian
Malay
Maltese
Maori
Modern Greek
Norwegian
Persian
Polish
Portuguese
Quechua
Romanian
Russian verbs
Russian adjectives
Russian nouns
Spanish
Swedish
Thai
Turkish
Vietnamese
Search
Quick navigation...
Dutch Cooljugator home
List of Dutch verbs
Submit feedback
About Cooljugator
Cooljugator blog
Cooljugator home
Toelonken (to ogle) conjugation
Dutch
Conjugation of toelonken
Translation
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
lonk toe
I ogle
lonkt toe
you ogle
lonkt toe
he/she/it ogles
lonken toe
we ogle
lonken toe
you all ogle
lonken toe
they ogle
Present perfect tense
heb toegelonkt
I have ogled
hebt toegelonkt
you have ogled
heeft toegelonkt
he/she/it has ogled
hebben toegelonkt
we have ogled
hebben toegelonkt
you all have ogled
hebben toegelonkt
they have ogled
Past tense
lonkte toe
I ogled
lonkte toe
you ogled
lonkte toe
he/she/it ogled
lonkten toe
we ogled
lonkten toe
you all ogled
lonkten toe
they ogled
Future tense
zal toelonken
I will ogle
zult toelonken
you will ogle
zal toelonken
he/she/it will ogle
zullen toelonken
we will ogle
zullen toelonken
you all will ogle
zullen toelonken
they will ogle
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou toelonken
I would ogle
zou toelonken
you would ogle
zou toelonken
he/she/it would ogle
zouden toelonken
we would ogle
zouden toelonken
you all would ogle
zouden toelonken
they would ogle
Subjunctive mood
lonke toe
I ogle
lonke toe
you ogle
lonke toe
he/she/it ogle
lonke toe
we ogle
lonke toe
you all ogle
lonke toe
they ogle
Past perfect tense
had toegelonkt
I had ogled
had toegelonkt
you had ogled
had toegelonkt
he/she/it had ogled
hadden toegelonkt
we had ogled
hadden toegelonkt
you all had ogled
hadden toegelonkt
they had ogled
Future perf.
zal toegelonkt hebben
I will have ogled
zal toegelonkt hebben
you will have ogled
zal toegelonkt hebben
he/she/it will have ogled
zullen toegelonkt hebben
we will have ogled
zullen toegelonkt hebben
you all will have ogled
zullen toegelonkt hebben
they will have ogled
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou toegelonkt hebben
I would have ogled
zou toegelonkt hebben
you would have ogled
zou toegelonkt hebben
he/she/it would have ogled
zouden toegelonkt hebben
we would have ogled
zouden toegelonkt hebben
you all would have ogled
zouden toegelonkt hebben
they would have ogled
Present bijzin tense
toelonk
I ogle
toelonkt
you ogle
toelonkt
he/she/it ogles
toelonken
we ogle
toelonken
you all ogle
toelonken
they ogle
Past bijzin tense
toelonkte
I ogled
toelonkte
you ogled
toelonkte
he/she/it ogled
toelonkten
we ogled
toelonkten
you all ogled
toelonkten
they ogled
Future bijzin tense
zal toelonken
I will ogle
zult toelonken
you will ogle
zal toelonken
he/she/it will ogle
zullen toelonken
we will ogle
zullen toelonken
you all will ogle
zullen toelonken
they will ogle
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou toelonken
I would ogle
zou toelonken
you would ogle
zou toelonken
he/she/it would ogle
zouden toelonken
we would ogle
zouden toelonken
you all would ogle
zouden toelonken
they would ogle
Subjunctive bijzin mood
toelonke
I ogle
toelonke
you ogle
toelonke
he/she/it ogle
toelonke
we ogle
toelonke
you all ogle
toelonke
they ogle
Du
Ihr
Imperative mood
lonk to
ogle
lonkt t
ogle
More Dutch verbs
Related
Not found
We have none.
Similar
toedenken
have in mind
toelakken
do
toewenken
do
Similar but longer
Not found
We have none.
Random
terugreizen
return journeys
toebidden
do
toedenken
have in mind
toekaatsen
do
toeleven
do
toelichten
explain
toelopen
taper
toemaken
do
toepassen
apply
toerusten
equip
Other Dutch verbs with the meaning similar to 'ogle':
None found.
'Ogle' in different languages
Language
Verb(s)
Language
Verb(s)
English
ogle
Finnish
töllöttää
French
lorgner
German
begaffen
Indonesian
mengerling
Polish
mizdrzyć
,
napatrzyć
,
oczkować
,
umizgać
Romanian
zgăura
Swedish
snegla
,
snickra
,
sniffa
Vietnamese
đưa tình
Learning languages?
Try Interlinear