Tegenwerken (to work against) conjugation

Dutch
20 examples

Conjugation of tegenwerken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
werk tegen
I work against
werkt tegen
you work against
werkt tegen
he/she/it works against
werken tegen
we work against
werken tegen
you all work against
werken tegen
they work against
Present perfect tense
heb tegengewerkt
I have worked against
hebt tegengewerkt
you have worked against
heeft tegengewerkt
he/she/it has worked against
hebben tegengewerkt
we have worked against
hebben tegengewerkt
you all have worked against
hebben tegengewerkt
they have worked against
Past tense
werkte tegen
I worked against
werkte tegen
you worked against
werkte tegen
he/she/it worked against
werkten tegen
we worked against
werkten tegen
you all worked against
werkten tegen
they worked against
Future tense
zal tegenwerken
I will work against
zult tegenwerken
you will work against
zal tegenwerken
he/she/it will work against
zullen tegenwerken
we will work against
zullen tegenwerken
you all will work against
zullen tegenwerken
they will work against
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou tegenwerken
I would work against
zou tegenwerken
you would work against
zou tegenwerken
he/she/it would work against
zouden tegenwerken
we would work against
zouden tegenwerken
you all would work against
zouden tegenwerken
they would work against
Subjunctive mood
werke tegen
I work against
werke tegen
you work against
werke tegen
he/she/it work against
werke tegen
we work against
werke tegen
you all work against
werke tegen
they work against
Past perfect tense
had tegengewerkt
I had worked against
had tegengewerkt
you had worked against
had tegengewerkt
he/she/it had worked against
hadden tegengewerkt
we had worked against
hadden tegengewerkt
you all had worked against
hadden tegengewerkt
they had worked against
Future perf.
zal tegengewerkt hebben
I will have worked against
zal tegengewerkt hebben
you will have worked against
zal tegengewerkt hebben
he/she/it will have worked against
zullen tegengewerkt hebben
we will have worked against
zullen tegengewerkt hebben
you all will have worked against
zullen tegengewerkt hebben
they will have worked against
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou tegengewerkt hebben
I would have worked against
zou tegengewerkt hebben
you would have worked against
zou tegengewerkt hebben
he/she/it would have worked against
zouden tegengewerkt hebben
we would have worked against
zouden tegengewerkt hebben
you all would have worked against
zouden tegengewerkt hebben
they would have worked against
Present bijzin tense
tegenwerk
I work against
tegenwerkt
you work against
tegenwerkt
he/she/it works against
tegenwerken
we work against
tegenwerken
you all work against
tegenwerken
they work against
Past bijzin tense
tegenwerkte
I worked against
tegenwerkte
you worked against
tegenwerkte
he/she/it worked against
tegenwerkten
we worked against
tegenwerkten
you all worked against
tegenwerkten
they worked against
Future bijzin tense
zal tegenwerken
I will work against
zult tegenwerken
you will work against
zal tegenwerken
he/she/it will work against
zullen tegenwerken
we will work against
zullen tegenwerken
you all will work against
zullen tegenwerken
they will work against
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou tegenwerken
I would work against
zou tegenwerken
you would work against
zou tegenwerken
he/she/it would work against
zouden tegenwerken
we would work against
zouden tegenwerken
you all would work against
zouden tegenwerken
they would work against
Subjunctive bijzin mood
tegenwerke
I work against
tegenwerke
you work against
tegenwerke
he/she/it work against
tegenwerke
we work against
tegenwerke
you all work against
tegenwerke
they work against
Du
Ihr
Imperative mood
werk tegen
work against
werkt tegen
work against

Examples of tegenwerken

Example in DutchTranslation in English
Alles en wat ik ook mag doen, doe ik voor één reden en dat is je tegenwerken.Everything and anything I might do is for one reason. That's to work against you.
Als jullie me tegenwerken... hoe moet ik jullie dan beter maken?I mean, what can I say? If you people work against me, how am I supposed to make you better?
Als ze tegenwerken... dood je ze.As they work against... kill them.
Dat wil niet zeggen dat ik hem ga tegenwerken.That doesn't mean that I'm ready to work against him.
En zei dat je niet zou tegenwerken. En hij zei dat hij zichzelf en de rest van ons thuis zou brengen.I was there when you stood there, you looked him right in the eye, and you promised you wouldn't work against him.
Dat Pelant mijn werk tegen ons gebruikt?About the fact that Pelant's using my work against us?
Gebruik David Lee's werk tegen hem.Using David Lee's work against him.
Pelant gebruikt mijn werk tegen ons.Pelant's using my work against us.
- Balthazar heeft een wapen... dat werkt tegen haar.Balthazar has a weapon that will work against her.
Hij bindt jongeren aan zich en werkt tegen...- He can draw the young and work against...
M'n uiterlijk werkt tegen me.My looks work against me.
Maar je werkt tegen ze.Yet you work against them.
De schilden werken tegen puls energie,The shields work against pulse energy...
Denk je dat dat '8e Geest' gedoe echt gaat werken tegen de Phantoms?Will this eighth-spirit stuff work against the Phantoms?
Het gaat niet werken tegen de 4-3.It's not gonna work against the 4-3.
Maar het schijnt niet te werken tegen de zonnebloem zeester.But it doesn't seem to work against the sunflower starfish.
dat zal niet werken tegen mijn plasma bol!That won't work against this Plasma Ball!
Hij blijkt al heel lang de fabriek te hebben tegengewerkt.It turns out that he worked against the factory long,
Verwacht je dat ik mijn eigen team tegenwerk?You expect me to work against my own team?
Maar als je me nog een keer tegenwerkt, is je leven voorbij.But if you work against me, just one more time, I will make your life over.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

tegenwerpen
object

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

stuffen
stuff
subcategoriseren
do
tarreren
tare
tegenspartelen
resist
tegensturen
send
tegenvallen
be dissappointing
tegenwerpen
object
tenteren
tent honor
terechtstaan
stand trial
terechtstellen
execute

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'work against':

None found.
Learning languages?