Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

sensibiliseren

to sensitize

Looking for learning resources? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of sensibiliseren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
sensibiliseer
I sensitize
sensibiliseert
you sensitize
sensibiliseert
he/she/it sensitizes
sensibiliseren
we sensitize
sensibiliseren
you all sensitize
sensibiliseren
they sensitize
Present perfect tense
heb gesensibiliseerd
I have sensitized
hebt gesensibiliseerd
you have sensitized
heeft gesensibiliseerd
he/she/it has sensitized
hebben gesensibiliseerd
we have sensitized
hebben gesensibiliseerd
you all have sensitized
hebben gesensibiliseerd
they have sensitized
Past tense
sensibiliseerde
I sensitized
sensibiliseerde
you sensitized
sensibiliseerde
he/she/it sensitized
sensibiliseerden
we sensitized
sensibiliseerden
you all sensitized
sensibiliseerden
they sensitized
Future tense
zal sensibiliseren
I will sensitize
zult sensibiliseren
you will sensitize
zal sensibiliseren
he/she/it will sensitize
zullen sensibiliseren
we will sensitize
zullen sensibiliseren
you all will sensitize
zullen sensibiliseren
they will sensitize
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou sensibiliseren
I would sensitize
zou sensibiliseren
you would sensitize
zou sensibiliseren
he/she/it would sensitize
zouden sensibiliseren
we would sensitize
zouden sensibiliseren
you all would sensitize
zouden sensibiliseren
they would sensitize
Subjunctive mood
sensibilisere
I sensitize
sensibilisere
you sensitize
sensibilisere
he/she/it sensitize
sensibilisere
we sensitize
sensibilisere
you all sensitize
sensibilisere
they sensitize
Past perfect tense
had gesensibiliseerd
I had sensitized
had gesensibiliseerd
you had sensitized
had gesensibiliseerd
he/she/it had sensitized
hadden gesensibiliseerd
we had sensitized
hadden gesensibiliseerd
you all had sensitized
hadden gesensibiliseerd
they had sensitized
Future perf.
zal gesensibiliseerd hebben
I will have sensitized
zal gesensibiliseerd hebben
you will have sensitized
zal gesensibiliseerd hebben
he/she/it will have sensitized
zullen gesensibiliseerd hebben
we will have sensitized
zullen gesensibiliseerd hebben
you all will have sensitized
zullen gesensibiliseerd hebben
they will have sensitized
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gesensibiliseerd hebben
I would have sensitized
zou gesensibiliseerd hebben
you would have sensitized
zou gesensibiliseerd hebben
he/she/it would have sensitized
zouden gesensibiliseerd hebben
we would have sensitized
zouden gesensibiliseerd hebben
you all would have sensitized
zouden gesensibiliseerd hebben
they would have sensitized
Du
Ihr
Imperative mood
sensibiliseer
sensitize
sensibiliseert
sensitize

Further details about this page

LOCATION

RELATED PAGES