Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Remiseren (to remind them) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
remiseer
remiseert
remiseert
remiseren
remiseren
remiseren
Present perfect tense
heb geremiseerd
hebt geremiseerd
heeft geremiseerd
hebben geremiseerd
hebben geremiseerd
hebben geremiseerd
Past tense
remiseerde
remiseerde
remiseerde
remiseerden
remiseerden
remiseerden
Future tense
zal remiseren
zult remiseren
zal remiseren
zullen remiseren
zullen remiseren
zullen remiseren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou remiseren
zou remiseren
zou remiseren
zouden remiseren
zouden remiseren
zouden remiseren
Subjunctive mood
remisere
remisere
remisere
remisere
remisere
remisere
Past perfect tense
had geremiseerd
had geremiseerd
had geremiseerd
hadden geremiseerd
hadden geremiseerd
hadden geremiseerd
Future perf.
zal geremiseerd hebben
zal geremiseerd hebben
zal geremiseerd hebben
zullen geremiseerd hebben
zullen geremiseerd hebben
zullen geremiseerd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geremiseerd hebben
zou geremiseerd hebben
zou geremiseerd hebben
zouden geremiseerd hebben
zouden geremiseerd hebben
zouden geremiseerd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
remiseer
remiseert

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

refuseren
do
reviseren
overhaul

Similar but longer

racemiseren
racemize

Random

recirculeren
do
reconstrueren
reconstruct
reilen
do
rekenen
calculate
rekwestreren
do
remigreren
remigrate
remitteren
remit
repen
do
resumeren
summarize
retoucheren
retouch

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'remind them':

None found.