Goed, Oh, we waren aan het pleisteren gisteravond. | Good. Oh, we got plastered last night. |
Het pleisteren van de muren. | The plastering. |
Papa, ik ga je pet missen, je wandelstok, je pleisteren sokkel. | Oh, Dad. How I'll miss your cap, your walking stick, your plaster base. |
Als je een meisje snee, je zou een pleister op het zag. | If you saw a girl's gash, you'd put a plaster on it. |
Alsof het nieuwe gezin alleen een pleister was, om de pijn af te dekken, om het bloeden te stelpen. | Like having this new family was just a plaster to cover up the pain, to stop the bleeding. |
Breng je liever je zomer door met het opruimen van pleister? | I don't want to go. So you'd rather spend the rest of your summer tossing broken plaster in a dumpster? |
Chinees haar, een pleister, een houten kop. | A doll made of cellophane Chinese hair A plaster, a wooden stare |
De afwezigheid van pleister en stof in de keelholte, wijst erop dat hij dood was voor het gebouw instortte. | The lack of plaster and dust in the posterior pharynx suggests he was dead before the building came down. |
Wat voor drugsdealer pleistert een muur? | What kind of drug dealer plasters up a wall? |
De gaten zijn gepleisterd. | They plastered over those holes. |
Het is dezelfde song en dans twee avonden op rij, tot aan het geshokeerde meisje met de blik van walging gepleisterd op haar gelaat. | It's the same song and dance two nights in, right down to the shocked girl with the look of disgust plastered across her face. |
Ja, Mal, je heb mij gesnapt, ik heb hem gepakt, hier verstopt, en de muur weer gepleisterd. | Yeah, Mal, you busted me. I took your medal, hid it here and re-plastered the wall. |
Maar ik heb mijn gelijkenis gepleisterd op consumptiegoederen. | But I've plastered my likeness on consumer goods. |