Piepelen (to do) conjugation

Dutch
4 examples

Conjugation of piepelen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
piepel
I do
piepelt
you do
piepelt
he/she/it does
piepelen
we do
piepelen
you all do
piepelen
they do
Present perfect tense
heb gepiepeld
I have done
hebt gepiepeld
you have done
heeft gepiepeld
he/she/it has done
hebben gepiepeld
we have done
hebben gepiepeld
you all have done
hebben gepiepeld
they have done
Past tense
piepelde
I did
piepelde
you did
piepelde
he/she/it did
piepelden
we did
piepelden
you all did
piepelden
they did
Future tense
zal piepelen
I will do
zult piepelen
you will do
zal piepelen
he/she/it will do
zullen piepelen
we will do
zullen piepelen
you all will do
zullen piepelen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou piepelen
I would do
zou piepelen
you would do
zou piepelen
he/she/it would do
zouden piepelen
we would do
zouden piepelen
you all would do
zouden piepelen
they would do
Subjunctive mood
piepele
I do
piepele
you do
piepele
he/she/it do
piepele
we do
piepele
you all do
piepele
they do
Past perfect tense
had gepiepeld
I had done
had gepiepeld
you had done
had gepiepeld
he/she/it had done
hadden gepiepeld
we had done
hadden gepiepeld
you all had done
hadden gepiepeld
they had done
Future perf.
zal gepiepeld hebben
I will have done
zal gepiepeld hebben
you will have done
zal gepiepeld hebben
he/she/it will have done
zullen gepiepeld hebben
we will have done
zullen gepiepeld hebben
you all will have done
zullen gepiepeld hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gepiepeld hebben
I would have done
zou gepiepeld hebben
you would have done
zou gepiepeld hebben
he/she/it would have done
zouden gepiepeld hebben
we would have done
zouden gepiepeld hebben
you all would have done
zouden gepiepeld hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
piepel
do
piepelt
do

Examples of piepelen

Example in DutchTranslation in English
- Een kanjer die zich niet laat piepelen.- Who don't take no crap... - Off of nobody!
Ik laat me niet zo maar piepelen als een of ander beest.I'm kind of tired of being jerked around like a big dog on a short leash.
Ik zie 'n kanjer die zich niet laat piepelen.I see a badass mother who don't take no crap off nobody!
En nu heeft ze die regerings piepel neergeschoten?And now, she's gunned down this government stooge?

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

hoepelen
trundle a hoop
klepelen
mulch
piemelen
do
pikkelen
do
pimpelen
tipple
pingelen
haggle
pinkelen
do
siepelen
seep

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

overwaarderen
overestimate
palaveren
palaver
parelen
bead
patrouilleren
patrol
peigeren
do
pelen
do
peuren
bob
piemelen
do
piepen
creak
plaasteren
plaster

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?