Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

parketteren

to parquet tars

Looking for learning resources? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of parketteren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
parketteer
I parquet tars
parketteert
you parquet tars
parketteert
he/she/it parquets tars
parketteren
we parquet tars
parketteren
you all parquet tars
parketteren
they parquet tars
Present perfect tense
heb geparketteerd
I have parqueted tars
hebt geparketteerd
you have parqueted tars
heeft geparketteerd
he/she/it has parqueted tars
hebben geparketteerd
we have parqueted tars
hebben geparketteerd
you all have parqueted tars
hebben geparketteerd
they have parqueted tars
Past tense
parketteerde
I parqueted tars
parketteerde
you parqueted tars
parketteerde
he/she/it parqueted tars
parketteerden
we parqueted tars
parketteerden
you all parqueted tars
parketteerden
they parqueted tars
Future tense
zal parketteren
I will parquet tars
zult parketteren
you will parquet tars
zal parketteren
he/she/it will parquet tars
zullen parketteren
we will parquet tars
zullen parketteren
you all will parquet tars
zullen parketteren
they will parquet tars
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou parketteren
I would parquet tars
zou parketteren
you would parquet tars
zou parketteren
he/she/it would parquet tars
zouden parketteren
we would parquet tars
zouden parketteren
you all would parquet tars
zouden parketteren
they would parquet tars
Subjunctive mood
parkettere
I parquet tars
parkettere
you parquet tars
parkettere
he/she/it parquet tars
parkettere
we parquet tars
parkettere
you all parquet tars
parkettere
they parquet tars
Past perfect tense
had geparketteerd
I had parqueted tars
had geparketteerd
you had parqueted tars
had geparketteerd
he/she/it had parqueted tars
hadden geparketteerd
we had parqueted tars
hadden geparketteerd
you all had parqueted tars
hadden geparketteerd
they had parqueted tars
Future perf.
zal geparketteerd hebben
I will have parqueted tars
zal geparketteerd hebben
you will have parqueted tars
zal geparketteerd hebben
he/she/it will have parqueted tars
zullen geparketteerd hebben
we will have parqueted tars
zullen geparketteerd hebben
you all will have parqueted tars
zullen geparketteerd hebben
they will have parqueted tars
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geparketteerd hebben
I would have parqueted tars
zou geparketteerd hebben
you would have parqueted tars
zou geparketteerd hebben
he/she/it would have parqueted tars
zouden geparketteerd hebben
we would have parqueted tars
zouden geparketteerd hebben
you all would have parqueted tars
zouden geparketteerd hebben
they would have parqueted tars
Du
Ihr
Imperative mood
parketteer
parquet tars
parketteert
parquet tars

Further details about this page

LOCATION

RELATED PAGES