Overzenden (to beam) conjugation

Dutch
5 examples

Conjugation of overzenden

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
zend over
I beam
zendt over
you beam
zendt over
he/she/it beams
zenden over
we beam
zenden over
you all beam
zenden over
they beam
Present perfect tense
heb overgezonden
I have beamed
hebt overgezonden
you have beamed
heeft overgezonden
he/she/it has beamed
hebben overgezonden
we have beamed
hebben overgezonden
you all have beamed
hebben overgezonden
they have beamed
Past tense
zond over
I beamed
zond over
you beamed
zond over
he/she/it beamed
zonden over
we beamed
zonden over
you all beamed
zonden over
they beamed
Future tense
zal overzenden
I will beam
zult overzenden
you will beam
zal overzenden
he/she/it will beam
zullen overzenden
we will beam
zullen overzenden
you all will beam
zullen overzenden
they will beam
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou overzenden
I would beam
zou overzenden
you would beam
zou overzenden
he/she/it would beam
zouden overzenden
we would beam
zouden overzenden
you all would beam
zouden overzenden
they would beam
Subjunctive mood
zende over
I beam
zende over
you beam
zende over
he/she/it beam
zende over
we beam
zende over
you all beam
zende over
they beam
Past perfect tense
had overgezonden
I had beamed
had overgezonden
you had beamed
had overgezonden
he/she/it had beamed
hadden overgezonden
we had beamed
hadden overgezonden
you all had beamed
hadden overgezonden
they had beamed
Future perf.
zal overgezonden hebben
I will have beamed
zal overgezonden hebben
you will have beamed
zal overgezonden hebben
he/she/it will have beamed
zullen overgezonden hebben
we will have beamed
zullen overgezonden hebben
you all will have beamed
zullen overgezonden hebben
they will have beamed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou overgezonden hebben
I would have beamed
zou overgezonden hebben
you would have beamed
zou overgezonden hebben
he/she/it would have beamed
zouden overgezonden hebben
we would have beamed
zouden overgezonden hebben
you all would have beamed
zouden overgezonden hebben
they would have beamed
Present bijzin tense
overzend
I beam
overzendt
you beam
overzendt
he/she/it beams
overzenden
we beam
overzenden
you all beam
overzenden
they beam
Past bijzin tense
overzond
I beamed
overzond
you beamed
overzond
he/she/it beamed
overzonden
we beamed
overzonden
you all beamed
overzonden
they beamed
Future bijzin tense
zal overzenden
I will beam
zult overzenden
you will beam
zal overzenden
he/she/it will beam
zullen overzenden
we will beam
zullen overzenden
you all will beam
zullen overzenden
they will beam
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou overzenden
I would beam
zou overzenden
you would beam
zou overzenden
he/she/it would beam
zouden overzenden
we would beam
zouden overzenden
you all would beam
zouden overzenden
they would beam
Subjunctive bijzin mood
overzende
I beam
overzende
you beam
overzende
he/she/it beam
overzende
we beam
overzende
you all beam
overzende
they beam
Du
Ihr
Imperative mood
zend over
beam
zendt
beam

Examples of overzenden

Example in DutchTranslation in English
Als de verduistering zich voordoet... zendt deze machine een krachtige straal uit... die wordt gereflecteerd door een aantal spiegels... om vervolgens de Tower of London te doorklieven.During the eclipse, this machine will send a strong beam of light That of reflector a series of mirrors To cut in half Tower of London.
De sonde zendt een nucleonenbundel uit.Sir, I detect a low-level nucleonic beam coming from the probe.
Elk schip zendt een tachyonenstraal naar de andere schepen.Each ship will send out an active tachyon beam to the other blockading ships.
Het zendt een gefocusseerde bundel van geluid die kan desorienteren... en zelfs een dader kan uitschakelen.It emits a focused beam of sound which can disorient and even incapacitate a perp.
Het zendt informatie naar onze computers via de sensorstraal.They're using our sensor beam to transmit information into our computers and replicators.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

overzeilen
do
overzetten
ferry

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

overtellen
recount
overwaaien
blow over
overweldigen
overpower
overwinteren
overwinter
overwippen
pop across
overzeilen
do
overzetten
ferry
pacteren
do
panikeren
panic
parachuteren
poultice

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'beam':

None found.
Learning languages?