Overvoeren (to overfeed) conjugation

Dutch
2 examples

Conjugation of overvoeren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
voer over
I overfeed
voert over
you overfeed
voert over
he/she/it overfeeds
voeren over
we overfeed
voeren over
you all overfeed
voeren over
they overfeed
Present perfect tense
heb overgevoerd
I have overfed
hebt overgevoerd
you have overfed
heeft overgevoerd
he/she/it has overfed
hebben overgevoerd
we have overfed
hebben overgevoerd
you all have overfed
hebben overgevoerd
they have overfed
Past tense
voerde over
I overfed
voerde over
you overfed
voerde over
he/she/it overfed
voerden over
we overfed
voerden over
you all overfed
voerden over
they overfed
Future tense
zal overvoeren
I will overfeed
zult overvoeren
you will overfeed
zal overvoeren
he/she/it will overfeed
zullen overvoeren
we will overfeed
zullen overvoeren
you all will overfeed
zullen overvoeren
they will overfeed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou overvoeren
I would overfeed
zou overvoeren
you would overfeed
zou overvoeren
he/she/it would overfeed
zouden overvoeren
we would overfeed
zouden overvoeren
you all would overfeed
zouden overvoeren
they would overfeed
Subjunctive mood
voere over
I overfeed
voere over
you overfeed
voere over
he/she/it overfeed
voere over
we overfeed
voere over
you all overfeed
voere over
they overfeed
Past perfect tense
had overgevoerd
I had overfed
had overgevoerd
you had overfed
had overgevoerd
he/she/it had overfed
hadden overgevoerd
we had overfed
hadden overgevoerd
you all had overfed
hadden overgevoerd
they had overfed
Future perf.
zal overgevoerd hebben
I will have overfed
zal overgevoerd hebben
you will have overfed
zal overgevoerd hebben
he/she/it will have overfed
zullen overgevoerd hebben
we will have overfed
zullen overgevoerd hebben
you all will have overfed
zullen overgevoerd hebben
they will have overfed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou overgevoerd hebben
I would have overfed
zou overgevoerd hebben
you would have overfed
zou overgevoerd hebben
he/she/it would have overfed
zouden overgevoerd hebben
we would have overfed
zouden overgevoerd hebben
you all would have overfed
zouden overgevoerd hebben
they would have overfed
Present bijzin tense
overvoer
I overfeed
overvoert
you overfeed
overvoert
he/she/it overfeeds
overvoeren
we overfeed
overvoeren
you all overfeed
overvoeren
they overfeed
Past bijzin tense
overvoerde
I overfed
overvoerde
you overfed
overvoerde
he/she/it overfed
overvoerden
we overfed
overvoerden
you all overfed
overvoerden
they overfed
Future bijzin tense
zal overvoeren
I will overfeed
zult overvoeren
you will overfeed
zal overvoeren
he/she/it will overfeed
zullen overvoeren
we will overfeed
zullen overvoeren
you all will overfeed
zullen overvoeren
they will overfeed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou overvoeren
I would overfeed
zou overvoeren
you would overfeed
zou overvoeren
he/she/it would overfeed
zouden overvoeren
we would overfeed
zouden overvoeren
you all would overfeed
zouden overvoeren
they would overfeed
Subjunctive bijzin mood
overvoere
I overfeed
overvoere
you overfeed
overvoere
he/she/it overfeed
overvoere
we overfeed
overvoere
you all overfeed
overvoere
they overfeed
Du
Ihr
Imperative mood
voer over
overfeed
voert
overfeed

Examples of overvoeren

Example in DutchTranslation in English
Je overvoert dat ding.You're overfeeding that thing.
Ik mag toekijken hoe jij vet vergif verkoopt aan overvoerde Amerikanen.I get to stand around watching you sell fatty poisons to overfed Americans.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

overvoeden
overfeed

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'overfeed':

None found.
Learning languages?