Ontkalken (to descale) conjugation

Dutch
5 examples

Conjugation of ontkalken

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
ontkalk
I descale
ontkalkt
you descale
ontkalkt
he/she/it descales
ontkalken
we descale
ontkalken
you all descale
ontkalken
they descale
Present perfect tense
heb ontkalkt
I have descaled
hebt ontkalkt
you have descaled
heeft ontkalkt
he/she/it has descaled
hebben ontkalkt
we have descaled
hebben ontkalkt
you all have descaled
hebben ontkalkt
they have descaled
Past tense
ontkalkte
I descaled
ontkalkte
you descaled
ontkalkte
he/she/it descaled
ontkalkten
we descaled
ontkalkten
you all descaled
ontkalkten
they descaled
Future tense
zal ontkalken
I will descale
zult ontkalken
you will descale
zal ontkalken
he/she/it will descale
zullen ontkalken
we will descale
zullen ontkalken
you all will descale
zullen ontkalken
they will descale
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou ontkalken
I would descale
zou ontkalken
you would descale
zou ontkalken
he/she/it would descale
zouden ontkalken
we would descale
zouden ontkalken
you all would descale
zouden ontkalken
they would descale
Subjunctive mood
ontkalke
I descale
ontkalke
you descale
ontkalke
he/she/it descale
ontkalke
we descale
ontkalke
you all descale
ontkalke
they descale
Past perfect tense
had ontkalkt
I had descaled
had ontkalkt
you had descaled
had ontkalkt
he/she/it had descaled
hadden ontkalkt
we had descaled
hadden ontkalkt
you all had descaled
hadden ontkalkt
they had descaled
Future perf.
zal ontkalkt hebben
I will have descaled
zal ontkalkt hebben
you will have descaled
zal ontkalkt hebben
he/she/it will have descaled
zullen ontkalkt hebben
we will have descaled
zullen ontkalkt hebben
you all will have descaled
zullen ontkalkt hebben
they will have descaled
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou ontkalkt hebben
I would have descaled
zou ontkalkt hebben
you would have descaled
zou ontkalkt hebben
he/she/it would have descaled
zouden ontkalkt hebben
we would have descaled
zouden ontkalkt hebben
you all would have descaled
zouden ontkalkt hebben
they would have descaled
Du
Ihr
Imperative mood
ontkalk
descale
ontkalkt
descale

Examples of ontkalken

Example in DutchTranslation in English
Dit overblijfsel is de reden dat we ontkalken met koud water uit de koelkast... en niet water uit de tap, weet je nog?This residue here is why we descale with cool water from the walk-in and not water from the tap, remember? Yeah.
Ik moet de koffiepot ontkalken?I have to descale the coffee pot.
Ik zal iemand anders zoeken om die koffiepot te ontkalken.I'll get someone else to descale the coffee pot.
Het is nooit eerder ontkalkt geweest, maar plotseling vind detective Whalen dat hij wilde haren krijgt aan zijn kont door de kalkaanslag. wat een verkeerde smaak geeft, dus...It's never been descaled before, but suddenly Detective Whalen has a wild hair up his ass about calcium deposits affecting the taste, so...
Je maakte kaas tosti's, en zeurde dat ik mijn ketel niet had ontkalkt.You made cheese toasties, and moaned I hadn't descaled my kettle.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

ontkurken
debunk
ontvolken
unfollow

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'descale':

None found.
Learning languages?