Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Omrijden (to convert) conjugation

Dutch
6 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
rij om rijd om
rijdt om
rijdt om
rijden om
rijden om
rijden om
Present perfect tense
heb omgereden
hebt omgereden
heeft omgereden
hebben omgereden
hebben omgereden
hebben omgereden
Past tense
reed om
reed om
reed om
reden om
reden om
reden om
Future tense
zal omrijden
zult omrijden
zal omrijden
zullen omrijden
zullen omrijden
zullen omrijden
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou omrijden
zou omrijden
zou omrijden
zouden omrijden
zouden omrijden
zouden omrijden
Subjunctive mood
rijde om
rijde om
rijde om
rijde om
rijde om
rijde om
Past perfect tense
had omgereden
had omgereden
had omgereden
hadden omgereden
hadden omgereden
hadden omgereden
Future perf.
zal omgereden hebben
zal omgereden hebben
zal omgereden hebben
zullen omgereden hebben
zullen omgereden hebben
zullen omgereden hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou omgereden hebben
zou omgereden hebben
zou omgereden hebben
zouden omgereden hebben
zouden omgereden hebben
zouden omgereden hebben
Present bijzin tense
omrij omrijd
omrijdt
omrijdt
omrijden
omrijden
omrijden
Past bijzin tense
omreed
omreed
omreed
omreden
omreden
omreden
Future bijzin tense
zal omrijden
zult omrijden
zal omrijden
zullen omrijden
zullen omrijden
zullen omrijden
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou omrijden
zou omrijden
zou omrijden
zouden omrijden
zouden omrijden
zouden omrijden
Subjunctive bijzin mood
omrijde
omrijde
omrijde
omrijde
omrijde
omrijde
Du
Ihr
Imperative mood
rij om rijd om
rijdt

Examples of omrijden

Example in DutchTranslation in English
Ik ben zelf verzot op Jaguars, cabriolets, het soort... waar je op zondag mee rijdt om indruk op een mooi meisje te maken.I'm partial to Jaguars myself, convertibles, the kind you take on a Sunday drive to impress a pretty girl.
Daar rijdt je in een Mustang cabrio, die ik jou bezorgde.There you are riding around in a convertible Mustang which I upgraded you to.
Dus mijnheer Hollings, je rijdt met een zware Mercedes cabrio.So, Mr. Hollings, you drive a black Mercedes convertible.
Een vampier die in een zonnige stad in een cabriolet rijdt.A vampire, living in a city known for its sun, driving a convertible.
Er rijdt een blauwe cabrio met een wit dak 800 meter voor de pick-up.Looks like a blue convertible with a white top... about a half a mile ahead of the pickup.
Hij rijdt door heel L.A. In een cabrio zoals een toerist.He's riding around L.A. in a convertible like a tourist.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afrijden
ride off
berijden
ride
inrijden
run in
narijden
drive after
omranden
rim
omringen
surround
oprijden
drive up
strijden
fight

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

nifteren
do
omgeven
surround
omhangen
do
omhelzen
embrace
omhooglopen
walk up
omhoogtillen
lift up
omklinken
clinch
omrekenen
convert
omringen
surround
omspringen
hop about

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'convert':

None found.