Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Omprogrammeren (to do) conjugation

Dutch
9 examples

Conjugation of omprogrammeren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
programmeer om
I do
programmeert om
you do
programmeert om
he/she/it does
programmeren om
we do
programmeren om
you all do
programmeren om
they do
Present perfect tense
heb omgeprogrammeerd
I have done
hebt omgeprogrammeerd
you have done
heeft omgeprogrammeerd
he/she/it has done
hebben omgeprogrammeerd
we have done
hebben omgeprogrammeerd
you all have done
hebben omgeprogrammeerd
they have done
Past tense
programmeerde om
I did
programmeerde om
you did
programmeerde om
he/she/it did
programmeerden om
we did
programmeerden om
you all did
programmeerden om
they did
Future tense
zal omprogrammeren
I will do
zult omprogrammeren
you will do
zal omprogrammeren
he/she/it will do
zullen omprogrammeren
we will do
zullen omprogrammeren
you all will do
zullen omprogrammeren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou omprogrammeren
I would do
zou omprogrammeren
you would do
zou omprogrammeren
he/she/it would do
zouden omprogrammeren
we would do
zouden omprogrammeren
you all would do
zouden omprogrammeren
they would do
Subjunctive mood
programmere om
I do
programmere om
you do
programmere om
he/she/it do
programmere om
we do
programmere om
you all do
programmere om
they do
Past perfect tense
had omgeprogrammeerd
I had done
had omgeprogrammeerd
you had done
had omgeprogrammeerd
he/she/it had done
hadden omgeprogrammeerd
we had done
hadden omgeprogrammeerd
you all had done
hadden omgeprogrammeerd
they had done
Future perf.
zal omgeprogrammeerd hebben
I will have done
zal omgeprogrammeerd hebben
you will have done
zal omgeprogrammeerd hebben
he/she/it will have done
zullen omgeprogrammeerd hebben
we will have done
zullen omgeprogrammeerd hebben
you all will have done
zullen omgeprogrammeerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou omgeprogrammeerd hebben
I would have done
zou omgeprogrammeerd hebben
you would have done
zou omgeprogrammeerd hebben
he/she/it would have done
zouden omgeprogrammeerd hebben
we would have done
zouden omgeprogrammeerd hebben
you all would have done
zouden omgeprogrammeerd hebben
they would have done
Present bijzin tense
omprogrammeer
I do
omprogrammeert
you do
omprogrammeert
he/she/it does
omprogrammeren
we do
omprogrammeren
you all do
omprogrammeren
they do
Past bijzin tense
omprogrammeerde
I did
omprogrammeerde
you did
omprogrammeerde
he/she/it did
omprogrammeerden
we did
omprogrammeerden
you all did
omprogrammeerden
they did
Future bijzin tense
zal omprogrammeren
I will do
zult omprogrammeren
you will do
zal omprogrammeren
he/she/it will do
zullen omprogrammeren
we will do
zullen omprogrammeren
you all will do
zullen omprogrammeren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou omprogrammeren
I would do
zou omprogrammeren
you would do
zou omprogrammeren
he/she/it would do
zouden omprogrammeren
we would do
zouden omprogrammeren
you all would do
zouden omprogrammeren
they would do
Subjunctive bijzin mood
omprogrammere
I do
omprogrammere
you do
omprogrammere
he/she/it do
omprogrammere
we do
omprogrammere
you all do
omprogrammere
they do
Du
Ihr
Imperative mood
programmeer om
do
programmeert
do

Examples of omprogrammeren

Example in DutchTranslation in English
- Heb je soms ook het recht... om nanieten te programmeren om wetenschappers te doden die jij niet mag?I'm sorry-- is it the right to program nanites to kill scientists you don't like?
Als ik mijn baby moet programmeren om mijn leven... uit een neerwaartse spiraal te halen, dan zal ik dat doen.So if I need to put my baby on a schedule to stop my life from spiraling out of control, that's what I'm gonna do.
Als je het apparaat zijn I.D. nummer kan krijgen, kun je het programmeren om ermee te doen wat je wilt doen, ook het leveren van een elektrische schok groot genoeg om een fatale hartaanval te veroorzaken.If you could get the device's I.D. number, you could program it to do whatever you wanted it to do, including delivering an electric shock large enough to induce a fatal heart attack.
En ik ga ze programmeren om jouw vriendjes te zijn, zoals Cabby en Rodo.And I'm going to program them all to be your friends, like Cabby and Rodo.
Als je weet hoe je ze programmeert, kan het laten doen wat je wil.RESEARCHER 1: And if you know how to program one, you can pretty much make it do whatever you want.
Ben je een verhongerende foetus in die tijd, dan programmeert... je lichaam je om voor altijd... zeer zuinig te zijn met je suikers en vetten en... je slaat dan elk beetje daarvan op.Be a fetus who was starving during that time and your body programs forever after to be really, really stingy with your sugar and fat and what you do is you store every bit of it.
Dan komt hij terug uit Londen, en programmeert Ruddigore.Then he comes back from London, like he just did, and puts on Ruddigore.
Hij manipuleert mensen om dingen te doen alsof hij op de knopjes drukt. Hij programmeert ze.He manipulates people to do things they wouldn't do unless he was pressing their buttons.
Hij verzet veel werk in de studio. Hij doet veel op de computer. Hij programmeert en zo, maar hij zegt nooit iets.And he does a lot of work in the studio with them, on the computer, programming and stuff, but he never speaks.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

deprogrammeren
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.