Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Nakaarten (to chat afterwards) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
kaart na
kaart na
kaart na
kaarten na
kaarten na
kaarten na
Present perfect tense
heb nagekaart
hebt nagekaart
heeft nagekaart
hebben nagekaart
hebben nagekaart
hebben nagekaart
Past tense
kaartte na
kaartte na
kaartte na
kaartten na
kaartten na
kaartten na
Future tense
zal nakaarten
zult nakaarten
zal nakaarten
zullen nakaarten
zullen nakaarten
zullen nakaarten
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou nakaarten
zou nakaarten
zou nakaarten
zouden nakaarten
zouden nakaarten
zouden nakaarten
Subjunctive mood
kaarte na
kaarte na
kaarte na
kaarte na
kaarte na
kaarte na
Past perfect tense
had nagekaart
had nagekaart
had nagekaart
hadden nagekaart
hadden nagekaart
hadden nagekaart
Future perf.
zal nagekaart hebben
zal nagekaart hebben
zal nagekaart hebben
zullen nagekaart hebben
zullen nagekaart hebben
zullen nagekaart hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou nagekaart hebben
zou nagekaart hebben
zou nagekaart hebben
zouden nagekaart hebben
zouden nagekaart hebben
zouden nagekaart hebben
Present bijzin tense
nakaart
nakaart
nakaart
nakaarten
nakaarten
nakaarten
Past bijzin tense
nakaartte
nakaartte
nakaartte
nakaartten
nakaartten
nakaartten
Future bijzin tense
zal nakaarten
zult nakaarten
zal nakaarten
zullen nakaarten
zullen nakaarten
zullen nakaarten
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou nakaarten
zou nakaarten
zou nakaarten
zouden nakaarten
zouden nakaarten
zouden nakaarten
Subjunctive bijzin mood
nakaarte
nakaarte
nakaarte
nakaarte
nakaarte
nakaarte
Du
Ihr
Imperative mood
kaart na
kaart na

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afkaarten
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'chat afterwards':

None found.