Cooljugator Logo Get a Dutch Tutor

lenigen

to alleviate

Looking for learning resources? Study with our courses! Get a full course →

Conjugation of lenigen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
lenig
I alleviate
lenigt
you alleviate
lenigt
he/she/it alleviates
lenigen
we alleviate
lenigen
you all alleviate
lenigen
they alleviate
Present perfect tense
heb gelenigd
I have alleviated
hebt gelenigd
you have alleviated
heeft gelenigd
he/she/it has alleviated
hebben gelenigd
we have alleviated
hebben gelenigd
you all have alleviated
hebben gelenigd
they have alleviated
Past tense
lenigde
I alleviated
lenigde
you alleviated
lenigde
he/she/it alleviated
lenigden
we alleviated
lenigden
you all alleviated
lenigden
they alleviated
Future tense
zal lenigen
I will alleviate
zult lenigen
you will alleviate
zal lenigen
he/she/it will alleviate
zullen lenigen
we will alleviate
zullen lenigen
you all will alleviate
zullen lenigen
they will alleviate
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou lenigen
I would alleviate
zou lenigen
you would alleviate
zou lenigen
he/she/it would alleviate
zouden lenigen
we would alleviate
zouden lenigen
you all would alleviate
zouden lenigen
they would alleviate
Subjunctive mood
lenige
I alleviate
lenige
you alleviate
lenige
he/she/it alleviate
lenige
we alleviate
lenige
you all alleviate
lenige
they alleviate
Past perfect tense
had gelenigd
I had alleviated
had gelenigd
you had alleviated
had gelenigd
he/she/it had alleviated
hadden gelenigd
we had alleviated
hadden gelenigd
you all had alleviated
hadden gelenigd
they had alleviated
Future perf.
zal gelenigd hebben
I will have alleviated
zal gelenigd hebben
you will have alleviated
zal gelenigd hebben
he/she/it will have alleviated
zullen gelenigd hebben
we will have alleviated
zullen gelenigd hebben
you all will have alleviated
zullen gelenigd hebben
they will have alleviated
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gelenigd hebben
I would have alleviated
zou gelenigd hebben
you would have alleviated
zou gelenigd hebben
he/she/it would have alleviated
zouden gelenigd hebben
we would have alleviated
zouden gelenigd hebben
you all would have alleviated
zouden gelenigd hebben
they would have alleviated
Du
Ihr
Imperative mood
lenig
alleviate
lenigt
alleviate

Examples of lenigen

Ze kende als geen ander de noden van het volk en deed al wat ze kon om die te lenigen.

She knew the suffering of the Roman people better than anyone, and she did all in her power to alleviate it.

Further details about this page

LOCATION

RELATED PAGES