Distingeren (to distill) conjugation

Dutch

Conjugation of distingeren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
distingeer
I distill
distingeert
you distill
distingeert
he/she/it distills
distingeren
we distill
distingeren
you all distill
distingeren
they distill
Present perfect tense
heb gedistingeerd
I have distilled
hebt gedistingeerd
you have distilled
heeft gedistingeerd
he/she/it has distilled
hebben gedistingeerd
we have distilled
hebben gedistingeerd
you all have distilled
hebben gedistingeerd
they have distilled
Past tense
distingeerde
I distilled
distingeerde
you distilled
distingeerde
he/she/it distilled
distingeerden
we distilled
distingeerden
you all distilled
distingeerden
they distilled
Future tense
zal distingeren
I will distill
zult distingeren
you will distill
zal distingeren
he/she/it will distill
zullen distingeren
we will distill
zullen distingeren
you all will distill
zullen distingeren
they will distill
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou distingeren
I would distill
zou distingeren
you would distill
zou distingeren
he/she/it would distill
zouden distingeren
we would distill
zouden distingeren
you all would distill
zouden distingeren
they would distill
Subjunctive mood
distingere
I distill
distingere
you distill
distingere
he/she/it distill
distingere
we distill
distingere
you all distill
distingere
they distill
Past perfect tense
had gedistingeerd
I had distilled
had gedistingeerd
you had distilled
had gedistingeerd
he/she/it had distilled
hadden gedistingeerd
we had distilled
hadden gedistingeerd
you all had distilled
hadden gedistingeerd
they had distilled
Future perf.
zal gedistingeerd hebben
I will have distilled
zal gedistingeerd hebben
you will have distilled
zal gedistingeerd hebben
he/she/it will have distilled
zullen gedistingeerd hebben
we will have distilled
zullen gedistingeerd hebben
you all will have distilled
zullen gedistingeerd hebben
they will have distilled
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gedistingeerd hebben
I would have distilled
zou gedistingeerd hebben
you would have distilled
zou gedistingeerd hebben
he/she/it would have distilled
zouden gedistingeerd hebben
we would have distilled
zouden gedistingeerd hebben
you all would have distilled
zouden gedistingeerd hebben
they would have distilled
Du
Ihr
Imperative mood
distingeer
distill
distingeert
distill

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

distilleren
distill

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'distill':

None found.
Learning languages?