Concipiëren (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of eiti

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
concipieer
I do
concipieert
you do
concipieert
he/she/it does
concipiëren
we do
concipiëren
you all do
concipiëren
they do
Present perfect tense
heb geconcipieerd
I have done
hebt geconcipieerd
you have done
heeft geconcipieerd
he/she/it has done
hebben geconcipieerd
we have done
hebben geconcipieerd
you all have done
hebben geconcipieerd
they have done
Past tense
concipieerde
I did
concipieerde
you did
concipieerde
he/she/it did
concipieerden
we did
concipieerden
you all did
concipieerden
they did
Future tense
zal concipiëren
I will do
zult concipiëren
you will do
zal concipiëren
he/she/it will do
zullen concipiëren
we will do
zullen concipiëren
you all will do
zullen concipiëren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou concipiëren
I would do
zou concipiëren
you would do
zou concipiëren
he/she/it would do
zouden concipiëren
we would do
zouden concipiëren
you all would do
zouden concipiëren
they would do
Subjunctive mood
concipiëre
I do
concipiëre
you do
concipiëre
he/she/it do
concipiëre
we do
concipiëre
you all do
concipiëre
they do
Past perfect tense
had geconcipieerd
I had done
had geconcipieerd
you had done
had geconcipieerd
he/she/it had done
hadden geconcipieerd
we had done
hadden geconcipieerd
you all had done
hadden geconcipieerd
they had done
Future perf.
zal geconcipieerd hebben
I will have done
zal geconcipieerd hebben
you will have done
zal geconcipieerd hebben
he/she/it will have done
zullen geconcipieerd hebben
we will have done
zullen geconcipieerd hebben
you all will have done
zullen geconcipieerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou geconcipieerd hebben
I would have done
zou geconcipieerd hebben
you would have done
zou geconcipieerd hebben
he/she/it would have done
zouden geconcipieerd hebben
we would have done
zouden geconcipieerd hebben
you all would have done
zouden geconcipieerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
concipieer
do
concipieert
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

conciliëren
reconcile

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

canvassen
do
castigeren
do
chatten
chat
committeren
commit
competeren
compensate
conciliëren
reconcile
concluderen
conclude
concurreren
do
connoteren
do
contraheren
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?