Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Bezondigen (to do) conjugation

Dutch
2 examples

Conjugation of bezondigen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
bezondig
I do
bezondigt
you do
bezondigt
he/she/it does
bezondigen
we do
bezondigen
you all do
bezondigen
they do
Present perfect tense
heb bezondigd
I have done
hebt bezondigd
you have done
heeft bezondigd
he/she/it has done
hebben bezondigd
we have done
hebben bezondigd
you all have done
hebben bezondigd
they have done
Past tense
bezondigde
I did
bezondigde
you did
bezondigde
he/she/it did
bezondigden
we did
bezondigden
you all did
bezondigden
they did
Future tense
zal bezondigen
I will do
zult bezondigen
you will do
zal bezondigen
he/she/it will do
zullen bezondigen
we will do
zullen bezondigen
you all will do
zullen bezondigen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou bezondigen
I would do
zou bezondigen
you would do
zou bezondigen
he/she/it would do
zouden bezondigen
we would do
zouden bezondigen
you all would do
zouden bezondigen
they would do
Subjunctive mood
bezondige
I do
bezondige
you do
bezondige
he/she/it do
bezondige
we do
bezondige
you all do
bezondige
they do
Past perfect tense
had bezondigd
I had done
had bezondigd
you had done
had bezondigd
he/she/it had done
hadden bezondigd
we had done
hadden bezondigd
you all had done
hadden bezondigd
they had done
Future perf.
zal bezondigd hebben
I will have done
zal bezondigd hebben
you will have done
zal bezondigd hebben
he/she/it will have done
zullen bezondigd hebben
we will have done
zullen bezondigd hebben
you all will have done
zullen bezondigd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou bezondigd hebben
I would have done
zou bezondigd hebben
you would have done
zou bezondigd hebben
he/she/it would have done
zouden bezondigd hebben
we would have done
zouden bezondigd hebben
you all would have done
zouden bezondigd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
bezondig
do
bezondigt
do

Examples of bezondigen

Example in DutchTranslation in English
Als ik Artaud niet snel vind, dan ga ik me spoedig bezondigen... aan een een bloedbad en elk mens vermoorden.If I don't find Artaud soon, well, then, I'll be forced... to go on a rampage and kill every human being I see.
Waarom blijven politici zich bezondigen aan achterkamertjespolitiek?Why do politicians promise to turn on the lights, yet continue to keep us in the dark?

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

beƫindigen
finish
bezoldigen
pay

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

betwisten
dispute
bewilligen
rest content
bezighouden
occupy
bezoedelen
stain
bezolderen
do
bezomen
edge trimming
bezonnen
do
bijeendrijven
round up
bijeenhalen
gather them up
bijeenvoegen
aggregate

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.