Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Belazeren (to cheat) conjugation

Dutch
24 examples
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
belazer
belazert
belazert
belazeren
belazeren
belazeren
Present perfect tense
heb belazerd
hebt belazerd
heeft belazerd
hebben belazerd
hebben belazerd
hebben belazerd
Past tense
belazerde
belazerde
belazerde
belazerden
belazerden
belazerden
Future tense
zal belazeren
zult belazeren
zal belazeren
zullen belazeren
zullen belazeren
zullen belazeren
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou belazeren
zou belazeren
zou belazeren
zouden belazeren
zouden belazeren
zouden belazeren
Subjunctive mood
belazere
belazere
belazere
belazere
belazere
belazere
Past perfect tense
had belazerd
had belazerd
had belazerd
hadden belazerd
hadden belazerd
hadden belazerd
Future perf.
zal belazerd hebben
zal belazerd hebben
zal belazerd hebben
zullen belazerd hebben
zullen belazerd hebben
zullen belazerd hebben
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou belazerd hebben
zou belazerd hebben
zou belazerd hebben
zouden belazerd hebben
zouden belazerd hebben
zouden belazerd hebben
Du
Ihr
Imperative mood
belazer
belazert

Examples of belazeren

Example in DutchTranslation in English
- Bowie niet belazeren.- 'No cheating on Bowie."
- Hoe kan je je eigen broer belazeren.You're scaring me. Jesus, you'd cheat your own flesh and blood.
- Leonard zou jou nooit belazeren.You've got nothing to worry about. Leonard would never cheat on you.
A, het is alleen belazeren als je geen kanker hebt, en B, het is woensdagmiddag."A", it is only cheating if you don't have cancer, and it's Wednesday afternoon.
Achter gesloten deuren blijken buurvrouwen hun man te belazeren de pest te hebben aan hun kinderen en snode plannen te smeden tegen hun vriendinnen.Just look behind closed doors, and you'll find your neighbors cheating on their husbands. Resenting their children. Plotting against their friends.
- Ik belazer je niet.- I ain't cheating you.
- Ik belazer u niet, sir.-I ain't cheating you, sir.
Als je denkt dat ik jou belazer, dan moet je me met hen zien. En ze hebben niets door.If you thought I was cheating you... oh, you have no idea what I was doing to them and they still haven't caught on.
- Chris is getrouwd en heeft twee kinderen... hij is ook niet iemand die z'n vrouw belazert.He's got two kids. And he's not a guy who cheats on his wife either.
- Hij belazert ons:- You are cheating us.
- Jij belazert me altijd.THUG 1: You always cheat me.
- Wie belazert mij?- Who cheats on me?
Als hij ons maar niet belazert.I hope he doesn"t cheat us.
- Ze voelen zich belazerd.-Frankie, they feel cheated.
Als 't is wat ik verwacht, vind ik het niet erg dat ze me belazerd hebben.If lot 249 lives up to my expectations, it won't matter that I was cheated out of the Penrose.
De cowboy is een beetje belazerd.The cowboy got cheated a bit.
Die koe heeft de boel vast belazerd bij de test.Well, that cow must have cheated on his test.
Een getuige zegt dat jij Elizabeth hebt vermoord omdat ze je had belazerd.Ya basta,Gino. We have witness who says you killed Elizabeth Rodriguez because she cheated you out of 50 Gs.
- Toen belazerde je de boel.- You cheated last year.
Als ik nou ook de boel belazerde, zoals zo veel in deze buurt.What if I also cheated, like so much in this neighborhood.
Dan ontdek je dat hij je belazerde.Okay. Then you find out he cheated.
De laatste, Anita, was geweldig. Ze belazerde me overal.The last one, Anita, was just great, cheated on me left and right...
Hij belazerde jou met haar? - Nee.-He cheated on you with her?
Dus, ik zat daar in mijn cel... peinzend over de gruwelijke wereld... en alle mensen die me iets aangedaan hadden... me belazerden, tegen me logen of me misbruikt hadden.So, I was sitting in my hospital cell and I was stewing about the cruel universe and all the people who had double-crossed me and cheated me and lied to and abused me.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

belegeren
besiege
oplazeren
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'cheat':

None found.