Afpoeieren (to rebuff) conjugation

Dutch
1 examples

Conjugation of afpoeieren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
poeier af
I rebuff
poeiert af
you rebuff
poeiert af
he/she/it rebuffs
poeieren af
we rebuff
poeieren af
you all rebuff
poeieren af
they rebuff
Present perfect tense
heb afgepoeierd
I have rebuffed
hebt afgepoeierd
you have rebuffed
heeft afgepoeierd
he/she/it has rebuffed
hebben afgepoeierd
we have rebuffed
hebben afgepoeierd
you all have rebuffed
hebben afgepoeierd
they have rebuffed
Past tense
poeierde af
I rebuffed
poeierde af
you rebuffed
poeierde af
he/she/it rebuffed
poeierden af
we rebuffed
poeierden af
you all rebuffed
poeierden af
they rebuffed
Future tense
zal afpoeieren
I will rebuff
zult afpoeieren
you will rebuff
zal afpoeieren
he/she/it will rebuff
zullen afpoeieren
we will rebuff
zullen afpoeieren
you all will rebuff
zullen afpoeieren
they will rebuff
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou afpoeieren
I would rebuff
zou afpoeieren
you would rebuff
zou afpoeieren
he/she/it would rebuff
zouden afpoeieren
we would rebuff
zouden afpoeieren
you all would rebuff
zouden afpoeieren
they would rebuff
Subjunctive mood
poeiere af
I rebuff
poeiere af
you rebuff
poeiere af
he/she/it rebuff
poeiere af
we rebuff
poeiere af
you all rebuff
poeiere af
they rebuff
Past perfect tense
had afgepoeierd
I had rebuffed
had afgepoeierd
you had rebuffed
had afgepoeierd
he/she/it had rebuffed
hadden afgepoeierd
we had rebuffed
hadden afgepoeierd
you all had rebuffed
hadden afgepoeierd
they had rebuffed
Future perf.
zal afgepoeierd hebben
I will have rebuffed
zal afgepoeierd hebben
you will have rebuffed
zal afgepoeierd hebben
he/she/it will have rebuffed
zullen afgepoeierd hebben
we will have rebuffed
zullen afgepoeierd hebben
you all will have rebuffed
zullen afgepoeierd hebben
they will have rebuffed
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou afgepoeierd hebben
I would have rebuffed
zou afgepoeierd hebben
you would have rebuffed
zou afgepoeierd hebben
he/she/it would have rebuffed
zouden afgepoeierd hebben
we would have rebuffed
zouden afgepoeierd hebben
you all would have rebuffed
zouden afgepoeierd hebben
they would have rebuffed
Present bijzin tense
afpoeier
I rebuff
afpoeiert
you rebuff
afpoeiert
he/she/it rebuffs
afpoeieren
we rebuff
afpoeieren
you all rebuff
afpoeieren
they rebuff
Past bijzin tense
afpoeierde
I rebuffed
afpoeierde
you rebuffed
afpoeierde
he/she/it rebuffed
afpoeierden
we rebuffed
afpoeierden
you all rebuffed
afpoeierden
they rebuffed
Future bijzin tense
zal afpoeieren
I will rebuff
zult afpoeieren
you will rebuff
zal afpoeieren
he/she/it will rebuff
zullen afpoeieren
we will rebuff
zullen afpoeieren
you all will rebuff
zullen afpoeieren
they will rebuff
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou afpoeieren
I would rebuff
zou afpoeieren
you would rebuff
zou afpoeieren
he/she/it would rebuff
zouden afpoeieren
we would rebuff
zouden afpoeieren
you all would rebuff
zouden afpoeieren
they would rebuff
Subjunctive bijzin mood
afpoeiere
I rebuff
afpoeiere
you rebuff
afpoeiere
he/she/it rebuff
afpoeiere
we rebuff
afpoeiere
you all rebuff
afpoeiere
they rebuff
Du
Ihr
Imperative mood
poeier af
rebuff
poeiert af
rebuff

Examples of afpoeieren

Example in DutchTranslation in English
Hoe kan een man die houdt van dieren met zo'n beklijvende totaliteit gewoon omdraaien en brutaal afpoeieren mij?How could a man who loves animals with such a haunting totality just turn around and brutally rebuff me?

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

afpolderen
do
bepoeieren
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'rebuff':

None found.
Learning languages?