Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Aanschrijden (to do) conjugation

Dutch
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
schrijd aan
schrijdt aan
schrijdt aan
schrijden aan
schrijden aan
schrijden aan
Present perfect tense
ben aangeschrijd;ben aangeschreden
bent aangeschrijd;bent aangeschreden
is aangeschrijd;is aangeschreden
zijn aangeschrijd;zijn aangeschreden
zijn aangeschrijd;zijn aangeschreden
zijn aangeschrijd;zijn aangeschreden
Past tense
schreed aan
schreed aan
schreed aan
schreden aan
schreden aan
schreden aan
Future tense
zal aanschrijden
zult aanschrijden
zal aanschrijden
zullen aanschrijden
zullen aanschrijden
zullen aanschrijden
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou aanschrijden
zou aanschrijden
zou aanschrijden
zouden aanschrijden
zouden aanschrijden
zouden aanschrijden
Subjunctive mood
schrijde aan
schrijde aan
schrijde aan
schrijde aan
schrijde aan
schrijde aan
Past perfect tense
was aangeschrijd;was aangeschreden
was aangeschrijd;was aangeschreden
was aangeschrijd;was aangeschreden
waren aangeschrijd;waren aangeschreden
waren aangeschrijd;waren aangeschreden
waren aangeschrijd;waren aangeschreden
Future perf.
zal aangeschrijd zijn;zal aangeschreden zijn
zal aangeschrijd zijn;zal aangeschreden zijn
zal aangeschrijd zijn;zal aangeschreden zijn
zullen aangeschrijd zijn;zullen aangeschreden zijn
zullen aangeschrijd zijn;zullen aangeschreden zijn
zullen aangeschrijd zijn;zullen aangeschreden zijn
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou aangeschrijd zijn;zou aangeschreden zijn
zou aangeschrijd zijn;zou aangeschreden zijn
zou aangeschrijd zijn;zou aangeschreden zijn
zouden aangeschrijd zijn;zouden aangeschreden zijn
zouden aangeschrijd zijn;zouden aangeschreden zijn
zouden aangeschrijd zijn;zouden aangeschreden zijn
Present bijzin tense
aanschrijd
aanschrijdt
aanschrijdt
aanschrijden
aanschrijden
aanschrijden
Past bijzin tense
aanschreed
aanschreed
aanschreed
aanschreden
aanschreden
aanschreden
Future bijzin tense
zal aanschrijden
zult aanschrijden
zal aanschrijden
zullen aanschrijden
zullen aanschrijden
zullen aanschrijden
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou aanschrijden
zou aanschrijden
zou aanschrijden
zouden aanschrijden
zouden aanschrijden
zouden aanschrijden
Subjunctive bijzin mood
aanschrijde
aanschrijde
aanschrijde
aanschrijde
aanschrijde
aanschrijde
Du
Ihr
Imperative mood
schrijd aan
schrijdt aan

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

aanschrijven
do

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.