Speak any language with confidence

Take our quick quiz to start your journey to fluency today!

Get started

Weerschijnen (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of weerschijnen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
weerschijn
I do
weerschijnt
you do
weerschijnt
he/she/it does
weerschijnen
we do
weerschijnen
you all do
weerschijnen
they do
Present perfect tense
heb weerschenen
I have done
hebt weerschenen
you have done
heeft weerschenen
he/she/it has done
hebben weerschenen
we have done
hebben weerschenen
you all have done
hebben weerschenen
they have done
Past tense
weerscheen
I did
weerscheen
you did
weerscheen
he/she/it did
weerschenen
we did
weerschenen
you all did
weerschenen
they did
Future tense
zal weerschijnen
I will do
zult weerschijnen
you will do
zal weerschijnen
he/she/it will do
zullen weerschijnen
we will do
zullen weerschijnen
you all will do
zullen weerschijnen
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou weerschijnen
I would do
zou weerschijnen
you would do
zou weerschijnen
he/she/it would do
zouden weerschijnen
we would do
zouden weerschijnen
you all would do
zouden weerschijnen
they would do
Subjunctive mood
weerschijne
I do
weerschijne
you do
weerschijne
he/she/it do
weerschijne
we do
weerschijne
you all do
weerschijne
they do
Past perfect tense
had weerschenen
I had done
had weerschenen
you had done
had weerschenen
he/she/it had done
hadden weerschenen
we had done
hadden weerschenen
you all had done
hadden weerschenen
they had done
Future perf.
zal weerschenen hebben
I will have done
zal weerschenen hebben
you will have done
zal weerschenen hebben
he/she/it will have done
zullen weerschenen hebben
we will have done
zullen weerschenen hebben
you all will have done
zullen weerschenen hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou weerschenen hebben
I would have done
zou weerschenen hebben
you would have done
zou weerschenen hebben
he/she/it would have done
zouden weerschenen hebben
we would have done
zouden weerschenen hebben
you all would have done
zouden weerschenen hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
weerschijn
do
weerschijnt
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

neerschijnen
shine down

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

wankelen
teeter
wc-pot gooien
throw toilet bowl
wedden
wager
wederkeren
return
wederkrijgen
do
weekenden
do
weeromkomen
weather perish
weerspiegelen
reflect
wegdraaien
swivel
wegduiken
duck

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.