Wedergeven (to do) conjugation

Dutch

Conjugation of wedergeven

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
geef weder
I do
geeft weder
you do
geeft weder
he/she/it does
geven weder
we do
geven weder
you all do
geven weder
they do
Present perfect tense
heb wedergegeven
I have done
hebt wedergegeven
you have done
heeft wedergegeven
he/she/it has done
hebben wedergegeven
we have done
hebben wedergegeven
you all have done
hebben wedergegeven
they have done
Past tense
gaf weder
I did
gaf weder
you did
gaf weder
he/she/it did
gaven weder
we did
gaven weder
you all did
gaven weder
they did
Future tense
zal wedergeven
I will do
zult wedergeven
you will do
zal wedergeven
he/she/it will do
zullen wedergeven
we will do
zullen wedergeven
you all will do
zullen wedergeven
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou wedergeven
I would do
zou wedergeven
you would do
zou wedergeven
he/she/it would do
zouden wedergeven
we would do
zouden wedergeven
you all would do
zouden wedergeven
they would do
Subjunctive mood
geve weder
I do
geve weder
you do
geve weder
he/she/it do
geve weder
we do
geve weder
you all do
geve weder
they do
Past perfect tense
had wedergegeven
I had done
had wedergegeven
you had done
had wedergegeven
he/she/it had done
hadden wedergegeven
we had done
hadden wedergegeven
you all had done
hadden wedergegeven
they had done
Future perf.
zal wedergegeven hebben
I will have done
zal wedergegeven hebben
you will have done
zal wedergegeven hebben
he/she/it will have done
zullen wedergegeven hebben
we will have done
zullen wedergegeven hebben
you all will have done
zullen wedergegeven hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou wedergegeven hebben
I would have done
zou wedergegeven hebben
you would have done
zou wedergegeven hebben
he/she/it would have done
zouden wedergegeven hebben
we would have done
zouden wedergegeven hebben
you all would have done
zouden wedergegeven hebben
they would have done
Present bijzin tense
wedergeef
I do
wedergeeft
you do
wedergeeft
he/she/it does
wedergeven
we do
wedergeven
you all do
wedergeven
they do
Past bijzin tense
wedergaf
I did
wedergaf
you did
wedergaf
he/she/it did
wedergaven
we did
wedergaven
you all did
wedergaven
they did
Future bijzin tense
zal wedergeven
I will do
zult wedergeven
you will do
zal wedergeven
he/she/it will do
zullen wedergeven
we will do
zullen wedergeven
you all will do
zullen wedergeven
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional bijzin mood
zou wedergeven
I would do
zou wedergeven
you would do
zou wedergeven
he/she/it would do
zouden wedergeven
we would do
zouden wedergeven
you all would do
zouden wedergeven
they would do
Subjunctive bijzin mood
wedergeve
I do
wedergeve
you do
wedergeve
he/she/it do
wedergeve
we do
wedergeve
you all do
wedergeve
they do
Du
Ihr
Imperative mood
geef weder
do
geeft w
do

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

vrijpleiten
exculpate
waaien
blow
waken
watch
wallen
do
wauwelen
prate
wc-pot gooien
throw toilet bowl
wederantwoorden
do
wederkeren
return
wederzien
do
wegblijven
stay away

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?