Vocaliseren (to do) conjugation

Dutch
3 examples

Conjugation of vocaliseren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
vocaliseer
I do
vocaliseert
you do
vocaliseert
he/she/it does
vocaliseren
we do
vocaliseren
you all do
vocaliseren
they do
Present perfect tense
heb gevocaliseerd
I have done
hebt gevocaliseerd
you have done
heeft gevocaliseerd
he/she/it has done
hebben gevocaliseerd
we have done
hebben gevocaliseerd
you all have done
hebben gevocaliseerd
they have done
Past tense
vocaliseerde
I did
vocaliseerde
you did
vocaliseerde
he/she/it did
vocaliseerden
we did
vocaliseerden
you all did
vocaliseerden
they did
Future tense
zal vocaliseren
I will do
zult vocaliseren
you will do
zal vocaliseren
he/she/it will do
zullen vocaliseren
we will do
zullen vocaliseren
you all will do
zullen vocaliseren
they will do
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou vocaliseren
I would do
zou vocaliseren
you would do
zou vocaliseren
he/she/it would do
zouden vocaliseren
we would do
zouden vocaliseren
you all would do
zouden vocaliseren
they would do
Subjunctive mood
vocalisere
I do
vocalisere
you do
vocalisere
he/she/it do
vocalisere
we do
vocalisere
you all do
vocalisere
they do
Past perfect tense
had gevocaliseerd
I had done
had gevocaliseerd
you had done
had gevocaliseerd
he/she/it had done
hadden gevocaliseerd
we had done
hadden gevocaliseerd
you all had done
hadden gevocaliseerd
they had done
Future perf.
zal gevocaliseerd hebben
I will have done
zal gevocaliseerd hebben
you will have done
zal gevocaliseerd hebben
he/she/it will have done
zullen gevocaliseerd hebben
we will have done
zullen gevocaliseerd hebben
you all will have done
zullen gevocaliseerd hebben
they will have done
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou gevocaliseerd hebben
I would have done
zou gevocaliseerd hebben
you would have done
zou gevocaliseerd hebben
he/she/it would have done
zouden gevocaliseerd hebben
we would have done
zouden gevocaliseerd hebben
you all would have done
zouden gevocaliseerd hebben
they would have done
Du
Ihr
Imperative mood
vocaliseer
do
vocaliseert
do

Examples of vocaliseren

Example in DutchTranslation in English
- Het heet vocaliseren.Why are you doing that?
In deze duistere wateren, zouden de dolfijnen moeten vocaliseren, veel meer dan de bevlekte dolfijnen, in de heldere wateren van de Bahamas.In these murky waters, the duskies should vocalize much more than the spotted dolphins do, in the clear waters of the Bahamas.
Kathleen Dudzinski: Er is één visueel richtlijn dat een dolfijn vocaliseert.There is one visual cue that a dolphin is vocalizing.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'do':

None found.
Learning languages?