Verdonkeren (to darken) conjugation

Dutch
2 examples

Conjugation of verdonkeren

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
verdonker
I darken
verdonkert
you darken
verdonkert
he/she/it darkens
verdonkeren
we darken
verdonkeren
you all darken
verdonkeren
they darken
Present perfect tense
heb verdonkerd
I have darkened
hebt verdonkerd
you have darkened
heeft verdonkerd
he/she/it has darkened
hebben verdonkerd
we have darkened
hebben verdonkerd
you all have darkened
hebben verdonkerd
they have darkened
Past tense
verdonkerde
I darkened
verdonkerde
you darkened
verdonkerde
he/she/it darkened
verdonkerden
we darkened
verdonkerden
you all darkened
verdonkerden
they darkened
Future tense
zal verdonkeren
I will darken
zult verdonkeren
you will darken
zal verdonkeren
he/she/it will darken
zullen verdonkeren
we will darken
zullen verdonkeren
you all will darken
zullen verdonkeren
they will darken
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou verdonkeren
I would darken
zou verdonkeren
you would darken
zou verdonkeren
he/she/it would darken
zouden verdonkeren
we would darken
zouden verdonkeren
you all would darken
zouden verdonkeren
they would darken
Subjunctive mood
verdonkere
I darken
verdonkere
you darken
verdonkere
he/she/it darken
verdonkere
we darken
verdonkere
you all darken
verdonkere
they darken
Past perfect tense
had verdonkerd
I had darkened
had verdonkerd
you had darkened
had verdonkerd
he/she/it had darkened
hadden verdonkerd
we had darkened
hadden verdonkerd
you all had darkened
hadden verdonkerd
they had darkened
Future perf.
zal verdonkerd hebben
I will have darkened
zal verdonkerd hebben
you will have darkened
zal verdonkerd hebben
he/she/it will have darkened
zullen verdonkerd hebben
we will have darkened
zullen verdonkerd hebben
you all will have darkened
zullen verdonkerd hebben
they will have darkened
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou verdonkerd hebben
I would have darkened
zou verdonkerd hebben
you would have darkened
zou verdonkerd hebben
he/she/it would have darkened
zouden verdonkerd hebben
we would have darkened
zouden verdonkerd hebben
you all would have darkened
zouden verdonkerd hebben
they would have darkened
Du
Ihr
Imperative mood
verdonker
darken
verdonkert
darken

Examples of verdonkeren

Example in DutchTranslation in English
Ik wist niet dat jij de boel zou komen verdonkeren.I had no idea you'd be darkening my doorway.
Haar verdonkert dus ze is waarschijnlijk brunette.Hair darkens by that age, so she's probably a brunette.

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

verdokteren
do
verkankeren
canker

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

verbeesten
do
verbijzonderen
particularize
verbloemen
gloss over
verdergaan
pass on
verdobbelen
gamble away
verdonkeremanen
purloin
verdopen
rename
verdringen
supplant
vereenzamen
do
verengelsen
anglicize

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'darken':

None found.
Learning languages?