Verachtvoudigen (to octuple) conjugation

Dutch

Conjugation of verachtvoudigen

Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Present tense
verachtvoudig
I octuple
verachtvoudigt
you octuple
verachtvoudigt
he/she/it octuples
verachtvoudigen
we octuple
verachtvoudigen
you all octuple
verachtvoudigen
they octuple
Present perfect tense
heb verachtvoudigd
I have octupled
hebt verachtvoudigd
you have octupled
heeft verachtvoudigd
he/she/it has octupled
hebben verachtvoudigd
we have octupled
hebben verachtvoudigd
you all have octupled
hebben verachtvoudigd
they have octupled
Past tense
verachtvoudigde
I octupled
verachtvoudigde
you octupled
verachtvoudigde
he/she/it octupled
verachtvoudigden
we octupled
verachtvoudigden
you all octupled
verachtvoudigden
they octupled
Future tense
zal verachtvoudigen
I will octuple
zult verachtvoudigen
you will octuple
zal verachtvoudigen
he/she/it will octuple
zullen verachtvoudigen
we will octuple
zullen verachtvoudigen
you all will octuple
zullen verachtvoudigen
they will octuple
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional mood
zou verachtvoudigen
I would octuple
zou verachtvoudigen
you would octuple
zou verachtvoudigen
he/she/it would octuple
zouden verachtvoudigen
we would octuple
zouden verachtvoudigen
you all would octuple
zouden verachtvoudigen
they would octuple
Subjunctive mood
verachtvoudige
I octuple
verachtvoudige
you octuple
verachtvoudige
he/she/it octuple
verachtvoudige
we octuple
verachtvoudige
you all octuple
verachtvoudige
they octuple
Past perfect tense
had verachtvoudigd
I had octupled
had verachtvoudigd
you had octupled
had verachtvoudigd
he/she/it had octupled
hadden verachtvoudigd
we had octupled
hadden verachtvoudigd
you all had octupled
hadden verachtvoudigd
they had octupled
Future perf.
zal verachtvoudigd hebben
I will have octupled
zal verachtvoudigd hebben
you will have octupled
zal verachtvoudigd hebben
he/she/it will have octupled
zullen verachtvoudigd hebben
we will have octupled
zullen verachtvoudigd hebben
you all will have octupled
zullen verachtvoudigd hebben
they will have octupled
Ik
Jij/Je/U
Hij/Zij/Het
Wij/We
Jullie
Zij
Conditional perfect tense
zou verachtvoudigd hebben
I would have octupled
zou verachtvoudigd hebben
you would have octupled
zou verachtvoudigd hebben
he/she/it would have octupled
zouden verachtvoudigd hebben
we would have octupled
zouden verachtvoudigd hebben
you all would have octupled
zouden verachtvoudigd hebben
they would have octupled
Du
Ihr
Imperative mood
verachtvoudig
octuple
verachtvoudigt
octuple

More Dutch verbs

Related

Not found
We have none.

Similar

Not found
We have none.

Similar but longer

Not found
We have none.

Random

vaneenvallen
fall asunder
veilen
auction
ventileren
ventilate
veraangenamen
make pleasant
verachten
despise
verachteren
despise them
verademen
move on
verbeelden
do
verblijven
stay
verblozen
do

Other Dutch verbs with the meaning similar to 'octuple':

None found.
Learning languages?